In de Marumse zwembadmoord zijn in hoger beroep wederom celstraffen van twintig jaar geëist voor de toenmalige vriendin en zwager van het slachtoffer voor het plannen van zijn moord. Voor de schoonmoeder van het slachtoffer werd zeventien jaar geëist. Tegen Johan L., die zou hebben bemiddeld tussen de familie en de uitvoerders van de moord en ook het wapen zou hebben geleverd, is twaalf jaar geëist.
De zaak draait om de dood van Jan Elzinga (40), die in 2012 werd doodgeschoten bij een zwembad in het Groningse Marum. De toenmalige vriendin van Elzinga, haar moeder en broer zouden de moord beraamd hebben. De ex-schoonfamilie en de toenmalige vriendin kregen eind 2022 een celstraf van twintig jaar opgelegd. L. kreeg zeven jaar cel. Alle vier zijn in hoger beroep gegaan.
De advocaat-generaal stelde dat een dergelijke huurmoord "onmiskenbaar de meest ernstige vorm van moord" is. "Een leven wordt gewelddadig beëindigd omdat opdrachtgevers een zak geld op tafel willen leggen." Het Openbaar Ministerie verweet de familie "een slachtofferrol" aan te nemen. "Zij tonen geen schuld en berouw. Het is daarnaast bijzonder pijnlijk voor de nabestaanden dat er op de waarom-vraag nog steeds geen antwoord is."
Eerder kregen de uitvoerders, schutter Pascal E. en handlanger Willem P., celstraffen van respectievelijk vijftien en twintig jaar opgelegd. P. sloot in de gevangenis met het Openbaar Ministerie een deal voor een kortere straf en werd zo kroongetuige. Hij stelt dat de toenmalige vriendin van Elzinga, haar broer en haar moeder de moord beraamden. Volgens P. wilden ze Elzinga vermoorden omdat hij vreemdging en zijn vriendin zou hebben mishandeld.
P. gaf later toe bewijsmateriaal te hebben gemanipuleerd. Hij zou sms-berichten tussen hem en de broer hebben bewerkt. De rechtbank in Groningen vond echter dat er voldoende bewijs overbleef voor een veroordeling van de schoonfamilie.
Het OM eiste twee jaar geleden tegen de broer, Marcel H. en Elzinga's voormalige vriendin, Monique H., twintig jaar cel. Moeder Jacoba van der L. zou zeventien jaar moeten zitten. Die straf eiste het OM destijds ook tegen Johan L.
Donderdag krijgen de advocaten het woord. De uitspraak wordt op 30 april verwacht.