Het Openbaar Ministerie (OM) begint donderdag in de gerechtsbunker in Amsterdam-Osdorp aan zijn slotbetoog (requisitoir) in de omvangrijke strafzaak tegen Willem Holleeder (60), verdacht van het uitlokken van een reeks liquidaties. Daarin zal het OM onder meer uiteenzetten wat het aan bewijs tegen 's lands bekendste crimineel heeft verzameld. Als de twee officieren bewezen achten dat Holleeder de hand heeft gehad in twee of meer van de moorden op de aanklacht, is een eis tot levenslang onontkoombaar.
De eis zal pas worden geformuleerd op 1 maart, als het OM zijn betoog afrondt. In totaal zijn daar vier dagen voor uitgetrokken. Holleeders advocaten houden later in maart hun - eveneens dagenlange - pleidooi. Het proces tegen Holleeder is op 5 februari vorig jaar van start gegaan en beslaat inmiddels vijftig procesdagen. Het vonnis van de rechtbank wordt pas in de zomer verwacht.
De zaak heeft tot veel publiciteit geleid. Ook de publieke belangstelling ter plaatse, in de bunker, was vaak groot. Dat gold zeker voor de dagen waarop Holleeders zussen Astrid en Sonja kwamen getuigen. Onzichtbaar voor pers, publiek én hun broer hebben zij op meerdere dagen vanuit de getuigencabine in de zaal van de bunker belastende verklaringen afgelegd.
De beide zussen en een ex-vriendin van Holleeder hebben zich een paar jaar geleden bij justitie als getuige gemeld. De zussen hebben heimelijk gesprekken met Holleeder opgenomen. Ook journalist Peter R. de Vries is een belangrijke getuige tegen 'de Neus'. Hij legde een ogenschijnlijk cruciaal telefoongesprek met Holleeder op band vast.
Het OM verdenkt Holleeder ervan het brein te zijn achter de moorden op Cor van Hout en Robert ter Haak (2003), Willem Endstra (2004), John Mieremet (2005), Kees Houtman (2005) en Thomas van der Bijl (2006). Holleeder heeft iedere betrokkenheid ontkend.