Ondanks dat de coronacrisis ook het werk in de Tweede Kamer voor enige tijd grotendeels platlegde, werd er dit jaar bijna net zo vaak gedebatteerd als in 2019. Dit jaar waren er 1605 overleggen met het kabinet, vorig jaar waren dat er twee minder. En hoewel de Kamer de werkwijze aanpaste vanwege
corona, werden toch nog 341 fysieke debatten gehouden in de plenaire zaal. Dat zei Kamervoorzitter Khadija Arib na afloop van waarschijnlijk het laatste Kamerdebat dit jaar, dat over de vaccinatiestrategie ging.
Verder is het dit jaar volgens Arib "helemaal uit de hand gelopen" wat betreft moties. Met maar liefst 4323 is het record van vorig jaar verbroken. Toen waren het er ruim 4000.
Arib stond ook stil bij 75 jaar vrijheid, dat dit jaar uitgebreid aan bod had moeten komen in het parlement. Maar door corona konden veel activiteiten, waaronder een bezoek aan concentratiekamp Auschwitz, niet doorgaan. Wel herdacht de Kamer op 25 september dat 75 jaar geleden de Tweede Kamer voor het eerst weer vergaderde na de oorlog.
De Tweede Kamer heeft "een ongekend jaar" achter de rug, zei Arib. Vaak liepen de emoties hoog op. "Iedereen was boos op iedereen, laat ik het zo zeggen", aldus de Kamervoorzitter. "En dan moet de campagne nog beginnen."