De bestrijding van de ondermijnende criminaliteit blijft volgend jaar een prioriteit voor het ministerie van Justitie en Veiligheid. Volgend jaar is hiervoor 141 miljoen euro uitgetrokken, dat loopt de jaren erna op naar 150 miljoen euro.
Het geld is bedoeld om "de criminele drugsindustrie te bestrijden en de samenleving weerbaarder te maken tegen het gif van crimineel geld, bedreigingen, intimidaties en liquidaties", stelt het ministerie. Daarnaast is het geld bedoeld om de getuigenbescherming en de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging (DKDB), die onder meer politici en leden van het koningshuis beschermt, te versterken. Deze diensten kregen de afgelopen jaren steeds meer werk op hun bordje, waardoor de werkdruk fors toenam.
"De rechtsstaat is het belangrijkste publieke bezit van de samenleving", zei koning Willem-Alexander in de troonrede. "Het is de basis onder een democratisch land dat sociaal en economisch sterk is en waarin kansengelijkheid als norm geldt. Een jaar geleden werd Nederland geschokt door de brute moord op advocaat Derk Wiersum. Op die dag werd eens te meer manifest hoezeer georganiseerde criminaliteit de maatschappij ondermijnt."
Aan het begin van de coronacrisis waren de meeste rechtbanken gesloten. In juni was er daardoor een achterstand van 17.000 zaken ontstaan. Om deze volgend jaar in te halen, wordt 40 miljoen euro uitgetrokken. Eind volgend jaar moeten de achterstanden zijn weggewerkt, denkt het ministerie.