Meer basisscholen hebben afgelopen jaar het stempel 'zeer zwak' gekregen. Tot en met deze zomer liep het aantal op tot 39 scholen, tegenover 13 rond dezelfde tijd vorig jaar, bevestigt een woordvoerder van de Inspectie van het onderwijs na berichtgeving van Trouw. Dit komt onder meer doordat de inspectie meer dan twee keer zo vaak langs ging bij basisscholen waarover zij mogelijke risico's signaleerde, benoemt ook onderwijsminister Robbert Dijkgraaf. Hij vindt het desalniettemin "geen goede signalen" dat zoveel meer basisscholen slecht zijn beoordeeld.
De bewindsman zegt druk bezig te zijn met het verbeteren van het onderwijs, bijvoorbeeld waar het aankomt op de beheersing van basisvaardigheden, zegt hij bij de inloop van de ministerraad.
Voorheen ging de inspectie meestal naar het bestuur van een school of scholenkoepel toe. Begin 2023 besloot de onderwijsinspectie dat ze - naast de gesprekken met het bestuur - ook weer vaker de vloer op wilde gaan. Dit kalenderjaar worden zo'n 250 scholen bezocht. Hiervoor waren dat er zo'n 100 per jaar. In totaal zijn er in Nederland 6545 reguliere basisscholen.
Ook heeft de coronapandemie mogelijk invloed gehad. In juli 2019 had de inspectie veertig scholen bestempeld als 'zeer zwak'. In juli 2021 waren dat er nog 11. "In de coronatijd konden we minder schoolbezoeken doen, dus het kan zeker een factor zijn geweest", aldus de woordvoerder.
Vanaf het najaar wil de onderwijsinspectie ook steekproeven houden bij scholen. Nu vindt vooral toezicht plaats als er risicosignalen zijn, zoals minder goede onderwijsresultaten, hoog ziekteverzuim onder leraren of leerlingen die vertrekken. "We willen kijken of het goed gaat op een school als er geen waarschuwingslampje is gaan branden", legt de woordvoerder uit. "Nu is ons beeld niet geheel representatief."