De vergrijzing in het basisonderwijs slaat hard toe. Inmiddels is ruim een vijfde (21 procent) van de basisschoolleraren 55 jaar of ouder. Zo'n veertien jaar eerder was dat nog 11 procent, maakte statistiekbureau CBS bekend.
Vooral het aantal oudere mannelijke onderwijzers is relatief groot. Ruim een op de drie is 55 jaar of ouder. Bij de vrouwen is dit bijna één op de zes (18 procent). Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn de meesten over tien jaar uit het onderwijs gestapt.
Het CBS constateert ook dat het aantal nieuwe leerkrachten sinds het schooljaar 2003/2004 flink is afgenomen. Toen waren er nog ruim 9700 eerstejaars hbo-studenten aan de pabo, maar inmiddels is dat aantal ruimschoots gehalveerd tot 4500. Dat komt onder meer door strengere selectie-eisen bij pabo-opleidingen. Daarbij komt dat niet iedereen die een een pabo-diploma heeft gehaald, daadwerkelijk voor de klas komt te staan.
Behalve dat er straks minder meesters en juffen zijn, zijn er straks ook minder kinderen in de basisschoolleeftijd. Het CBS voorziet dat het aantal kinderen van vijf tot en met twaalf jaar in de komende tien jaar nog met zo’n 70.000 afneemt.