De Nederlandse overheid loopt jaarlijks 37,5 miljard euro aan inkomsten mis door regelingen die het gebruik van fossiele brandstoffen bevoordelen. Op dat bedrag komen onderzoekers van SOMO, Oil Change International en Milieudefensie uit in een onderzoeksrapport.
Onderzoeker Boris Schellekens van SOMO noemt de inschatting nog conservatief. Alle kosten van milieuschade lieten hij en zijn collega's namelijk buiten beschouwing. "Wij kijken puur naar gemiste staatsinkomsten." De onderzoekers zijn ervan overtuigd dat hun overzicht het meeste complete tot nu toe is.
In het rapport worden 31 regelingen beschreven die op een of andere manier het gebruik van fossiele brandstoffen voordeliger maken. Daarbij gaat het doorgaans niet om geld dat de overheid overmaakt op de rekening van bedrijven, maar vooral om belastingkortingen en -vrijstellingen. Zo hoeven grootverbruikers van aardgas over het grootste deel van hun verbruik geen energiebelasting te betalen en zijn de lucht- en scheepvaart vrijgesteld van accijns over kerosine en stookolie.
De grootste klapper, 13,5 miljard euro per jaar, zit in de energiebelasting. Die is in Nederland degressief. Dat wil zeggen dat bedrijven die meer energie gebruiken, relatief gezien steeds minder belasting over hun verbruik hoeven te betalen. "Een perverse prikkel" noemen de onderzoekers dat.
De organisaties achter het onderzoek pleiten ervoor om de fossiele voordelen snel af te bouwen. Het belastinggeld dat dit oplevert, kan dan bijvoorbeeld worden besteed aan het tegengaan van energiearmoede door het isoleren van woningen.
Een deel van het geld zal niet in de belastingpot terechtkomen, omdat bedrijven "hun fossiele verbruik zullen gaan vervangen of verminderen". Ook dat is precies de bedoeling, vinden de onderzoekers, want hierdoor daalt de CO2-uitstoot. Als de subsidies volledig worden afgeschaft, scheelt dat volgens het rapport tussen de 13 en bijna 20 procent CO2-uitstoot, afhankelijk van hoe snel het gaat.
VNO-NCW vindt ook dat Nederland van deze belastingkortingen en -vrijstellingen af moet in het proces naar een klimaatneutrale economie. "Maar dit kan alleen op een verstandige manier", benadrukt de lobbyclub van het bedrijfsleven, die in een reactie pleit voor het maken van internationale afspraken. "Als je dit alleen in Nederland doet gaan fabrieken hier minder en die buiten Nederland meer produceren, met vaak meer CO2 uitstoot. Daar schiet het klimaat dus niks mee op, terwijl de banen hier verdwijnen."