De Nederlandse musea zagen het aantal bezoekers vorig jaar verder afnemen, mede door de lockdownmaatregelen die van kracht waren. In 2021 trokken de musea 12,3 miljoen bezoekers, ruim 2 miljoen minder dan een jaar eerder, becijferde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Vergeleken met 2019, toen Covid-19 in december voor het eerst opdook, daalde het aantal bezoekers met liefst 64 procent.
De musea waren door de lockdowns aan het begin en het einde van 2021 in de meeste gevallen maandenlang gesloten. Ook toen de instellingen weer bezoekers mochten verwelkomen, waren er maatregelen van kracht zoals een maximum aantal bezoekers per vierkante meter. Enkele musea deden in de tussentijd mee aan een proef met sneltests waardoor ze eerder open mochten, maar dat ging slechts om een handjevol instellingen, aldus het CBS.
De grootste afname was er vorig jaar te zien onder museumgangers uit het buitenland. Waar dat er in 2019 nog 10,3 miljoen waren, ging het in 2021 om 1,5 miljoen buitenlandse bezoekers, een daling van ruim 85 procent. Het aantal Nederlandse museumbezoeken nam met meer dan 85 procent af. Het CBS signaleert dat sinds de uitbraak van de coronapandemie minder ouderen en mensen met een beperking naar het museum zijn gegaan.
Door de teruggelopen bezoekersaantallen zagen de musea hun publieksinkomsten opnieuw flink dalen. Vorig jaar ging het om bijna 99 miljoen euro, een daling van ruim 60 procent vergeleken met 2019. Dankzij overheidssteun sloten de meeste musea hun financiële jaar wel met zwarte cijfers af, aldus het CBS. In 2021 ging het om ruim 145 miljoen euro aan steunmaatregelen en kwam er ook 156 miljoen aan schenkingen en ander particulier geld binnen. In beide gevallen ging het om een stijging vergeleken met een jaar eerder.