Het Openbaar Ministerie heeft de laatste paar jaar vaker vervolging ingesteld vanwege belediging, opruiing, bedreiging en geweld tegen mensen met een publieke taak. Dat blijkt woensdag uit de eerste cijfers van het OM over 2021. Dat jaar kenmerkte zich volgens het OM "door meer maatschappelijke onrust en een dalend vertrouwen in het overheidsoptreden". Opvallend is ook de stijging van het aantal nieuwe strafzaken tegen jongeren wegens (poging tot) doodslag of moord.
Het aantal zaken wegens belediging steeg met 6 procent ten opzichte van 2020 en 9 procent ten opzichte van 2019, zo wijzen deze eerste cijfers over 2021 van het OM uit. Het aantal keer dat iemand ook werd vervolgd voor bedreiging, steeg met 8 procent ten opzichte van 2020, en 29 procent ten opzichte van 2019. Verder werd vorig jaar 254 keer een verdachte vervolgd voor opruiing, tegenover 111 in 2020 en 43 in 2019.
Het OM geeft ook aan dat het vaker uit de hand liep, naast de avondklokrellen in januari vorig jaar in Eindhoven en de rellen in Rotterdam na een protest tegen het coronabeleid in november vorig jaar. Meer dan 1200 mensen werden aangemerkt als verdachte vanwege verzet tegen de politie en 1046 wegens mishandeling. Het aantal zware mishandelingszaken verdubbelde daarbij in twee jaar tot 134, aldus het OM, en het aantal verdenkingen van openlijke geweldpleging verdubbelde tot 131. In de meeste gevallen richtte de agressie zich op de politie, bijzondere opsporingsambtenaren of andere ambtsdragers. In Den Haag was de stijging het hoogst; 40 procent meer dan voor de coronapandemie in 2019.
Het aantal strafzaken tegen jongeren die worden verdacht van het plegen van een ernstig gewelds- of levensdelict steeg in 2021 wederom, zo geeft het OM verder aan. Dat wijst er ook op dat uit de cijfers blijkt dat een verdachte steeds vaker een wapen, meestal een steekwapen, bij zich heeft.
Het aantal minderjarige verdachten van (poging tot) moord verdrievoudigde in een jaar tijd en nam toe van 26 tot 76 personen. Ook het aantal jongvolwassen verdachten van (poging tot) moord nam toe, van 64 naar 81. Bij deze laatste groep is ook een flinke stijging te zien in het aantal gevallen waarin er daadwerkelijk iemand om het leven kwam.
Het aantal strafzaken tegen een minderjarige verdachte wegens (poging tot) doodslag nam in 2021 toe tot 198, tegen 190 in 2020. Ook werden er 266 strafzaken met een jongvolwassen verdachte geregistreerd voor (poging tot) doodslag. In 2020 ging het hierbij nog om 223 verdachten.