Openbaarvervoerbedrijven worden volgend jaar niet circa 200 miljoen euro gekort op hun vergoeding voor studentenvervoer. Dat schrijft demissionair staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur) in een brief aan de Tweede Kamer. In december wordt duidelijk of de ov-bedrijven überhaupt nog worden gekort en, zo ja, met hoeveel.
Met een studentenreisproduct kunnen jongeren die een opleiding volgen op een hogeschool, universiteit of mbo-instelling doordeweeks of in het weekend gratis reizen. Vervoersbedrijven ontvangen daar jaarlijks een compensatie voor uit Den Haag. Elke drie jaar wordt op basis van het reisgedrag van studenten vastgesteld hoe hoog die compensatie moet zijn. In december wordt dat bedrag vastgesteld op basis van het reisgedrag van studenten tussen halverwege 2022 en medio dit jaar. Op basis daarvan zouden de ov-bedrijven ongeveer 200 miljoen euro worden gekort.
De vervoersbedrijven vinden dit niet terecht. Zij zeggen namelijk dat studenten ook in de periode na de coronacrisis minder zijn gaan reizen, maar dat dit effect tijdelijk is. Koepelorganisatie OV-NL heeft ervoor gewaarschuwd dat vervoerders noodgedwongen moeten bezuinigen op lijnen die veel worden gebruikt door studenten, waardoor het openbaar vervoer minder interessant voor hen wordt.
Vanwege deze zorgen heeft de Tweede Kamer aan het kabinet gevraagd om dit besluit uit te stellen. Heijnen heeft nu toegezegd dat het geld dat ze ophaalt met de lagere vergoeding voor studentenvervoer volgend jaar wordt terugbetaald aan de openbaarvervoerbedrijven. Uit de brief wordt niet duidelijk hoeveel geld de vervoerbedrijven precies terugkrijgen. Dat wordt in december bekend. Daarnaast zal het kabinet eind volgend jaar opnieuw op basis van het reisgedrag van studenten vaststellen hoeveel vergoeding ze krijgen, in plaats van dat weer over drie jaar te doen.