Het gespecialiseerde bedrijf COVRA, dat radioactief afval opslaat in het havengebied bij Vlissingen, moet in het milieurapport voor een nieuw gebouw meer aandacht besteden aan de risico's op overstromingen en aardbevingen. Met dat oordeel komt de Commissie voor de milieueffectrapportage. De onafhankelijke commissie vindt dat met de huidige informatie niet goed kan worden bepaald of in het ontwerp wel genoeg rekening is gehouden met natuurgeweld.
De Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval (COVRA), die geheel in handen is van de Staat, slaat bij Vlissingen nucleair afval uit diverse bronnen op. In een speciaal gebouw wordt bijvoorbeeld hoogradioactief afval van de kerncentrale in het nabijgelegen Borssele bewaard. Ook slaat het bedrijf minder radioactief afval van bijvoorbeeld ziekenhuizen en laboratoria op. Voor het afval in de categorieën "laag" en "midden"-radioactief wil COVRA een nieuw gebouw neerzetten.
De commissie noemt het "logisch" om het bestaande gebouw niet voor de opslag van minder radioactief afval te gebruiken. Voor de gewone bedrijfsvoering ziet de commissie ook geen problemen met het nieuw te bouwen pand. De verwachte milieueffecten zijn dan "erg gering" en "vergelijkbaar met de huidige situatie", zo is het oordeel.
Op eventuele rampen is de aanvrager echter niet diep genoeg ingegaan, vinden de deskundigen die de milieueffectrapportage hebben beoordeeld. In de rapportage staat wel summier dat de kans op overstromingen uiterst klein is en dat als het al mis zou gaan slechts "zeer lage doses" straling vrijkomen. Het ontbreekt echter aan onderbouwing, vindt de commissie.
Verder moet de aanvrager wat de beoordelaars betreft dieper ingaan op de stijgende kans op overstromingen in de komende 100 jaar. Het risico wordt namelijk groter door klimaatverandering: doordat het warmer wordt op aarde, stijgt de zeespiegel immers.
Pas als dit beter is onderbouwd, zou de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) een besluit moeten nemen, luidt het advies. Daarin wordt ook nog ingegaan op het vrijkomen van stikstof tijdens de bouw. Hiermee voorziet de commissie niet direct problemen, al is gebruikgemaakt van de bouwvrijstelling die eind vorig jaar door de Raad van State van tafel is geveegd. Voor de zekerheid raadt de commissie daarom aan om de stikstofneerslag op natuurgebied in de buurt nog eens door te rekenen en zo nodig maatregelen te treffen.