Ook dit jaar maken hulpdiensten zich op voor een drukke jaarwisseling. Het ANP verzamelde alle incidenten van de afgelopen jaren tijdens oud en nieuw en heeft daar een overzicht van gemaakt. In dit overzicht staan onder andere aanhoudingen, auto- en containerbranden en ziekenhuiscijfers. De gegevens zijn afkomstig van de politie, het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) en VeiligheidNL.
Tijdens de jaarwisseling van 2022 op 2023 hield de politie 248 personen aan voor incidenten die specifiek te maken hadden met thema's rondom de jaarwisseling. Hieronder vallen incidenten zoals het illegaal bezit van vuurwerk, vernieling en overlast. Tijdens de jaarwisseling van 2021 op 2022 verrichtte de politie nog 289 aanhoudingen. Dat komt neer op een afname van 14 procent tijdens de afgelopen jaarwisseling.
De politie geeft het regenachtige weer op oudejaarsavond als mogelijke verklaring voor deze daling. Vooral in Oost- en Midden-Nederland is de grootste afname te zien. Alleen in de regio Rotterdam en Den Haag nam het aantal aanhoudingen toe. Zo werd de Mobiele Eenheid (ME) ingezet in de Haagse wijk Laak, waar meerdere aanhoudingen zijn verricht.
Daarnaast houdt de politie een overzicht bij van aanhoudingen die niet alleen te maken hebben met 'nieuwjaarsincidenten" zoals het rijden onder invloed of openbare ordeverstoringen. Uit deze cijfers blijkt dat dit totaalaantal aanhoudingen wel is toegenomen tijdens de afgelopen jaarwisseling. Van 2022 op 2023 werden in totaal 771 mensen aangehouden, tegenover 652 mensen tijdens de jaarwisseling daarvoor. Volgens de politie is dit onder andere te verklaren door het opheffen van de lockdown en het heropenen van horecagelegenheden.
Tijdens de coronapandemie werd de politie vaker met fysiek geweld geconfronteerd dan tijdens de andere jaarwisselingen. Van 2022 op 2023 noteerde de politie 81 incidenten, vergeleken met 97 incidenten in het jaar daarvoor. Ook van 2020 op 2021 noteerde de politie 97 incidenten, ten opzichte van 82 en 59 in de twee jaarwisselingen voor de coronaperiode.
In tegenstelling tot de jaarwisselingen ervoor hoefde de brandweer van 2022 op 2023 minder dan tweehonderd keer uit te rukken voor het blussen van autobranden. Tijdens afgelopen oud en nieuw waren er 189 gevallen waarbij de brandweer moest optreden. Tijdens oud en nieuw 2021 op 2022 was dat 203 en de jaarwisseling ervoor 221. Dat blijkt uit cijfers van het NIPV (Nederlands Instituut Publieke Veiligheid) die afkomstig zijn van de meldkamers. De cijfers zijn gemeten vanaf 1 januari 00:00 uur van het nieuwe jaar in kwestie.
Volgens gegevens van Independer vindt een op de tien autobranden plaats in Den Haag, gevolgd door Utrecht met ruim 8 procent van alle autobranden.
Tijdens de vorige jaarwisseling bluste de brandweer in totaal 826 afvalcontainers. Dat zijn er meer dan tijdens twee jaarwisselingen daarvoor, toen er nog een algeheel vuurwerkverbod gold als gevolg van de coronamaatregelen. Van 2021 op 2022 stonden er 770 afvalcontainers in brand en 610 afvalcontainers van 2020 op 2021.
Het aantal branden tijdens de recente jaarwisseling was wel lager dan tijdens de jaarwisseling van 2019 naar 2020, toen er ook nog geen coronamaatregelen van kracht waren. Tijdens die jaarwisseling bluste de brandweer 1013 keer branden in afvalcontainers.
Tijdens de afgelopen jaarwisseling moest de brandweer uitrukken voor 141 woningbranden. Dat is een toename van 45 procent vergeleken met de jaarwisseling ervoor, toen de brandweer 97 woningen moest blussen. Van 2020 op 2021 was dat 93 keer en 2019 op 2022 136 keer.
In het jaar 2022 waren er gemiddeld 21 woningbranden per dag. Tijdens oud en nieuw van 2022 op 2023 waren dit er dus bijna zeven keer zo veel.
Tijdens de jaarwisselingen rond de coronaperiode belandden er minder mensen op de huisartsenpost of spoedeisende hulp na een vuurwerkongeval dan tijdens de afgelopen jaarwisseling. Van 2022 op 2023 belandden 389 mensen op de spoedeisende hulp (SEH) en 864 mensen op de huisartsenpost. Daarmee ligt het aantal weer op het niveau van voor de coronaperiode toen ongeveer hetzelfde aantal mensen op de SEH en huisartsenpost belandden.
Ook het aantal vuurwerkslachtoffers dat door plastisch chirurgen is behandeld, ligt weer op hetzelfde niveau als voor de coronaperiode. Van 2022 op 2023 waren dat 52 personen, vergeleken met 39 en 18 mensen tijdens de twee jaarwisselingen daarvoor. Van 2019 op 2020 werden 50 vuurwerkslachtoffers door plastisch chirurgen behandeld.