Premier Mark Rutte is maandag en dinsdag in Suriname om de "bijzondere historische band" met het land verder aan te halen. Het is veertien jaar geleden dat een Nederlandse minister-president de voormalige kolonie aandeed.
Het bezoek vind plaats op een moment dat er flinke kritiek is op president Chan Santokhi. In de zomer waren er protesten tegen zijn regering. Het land verkeert in economisch zwaar weer. Steun uit Nederland zou welkom zijn. In het gevolg van Rutte reist een handelsmissie mee.
Het vertrek van president Desi Bouterse twee jaar geleden maakte de weg vrij voor een warmere relatie. Bouterse is in Nederland veroordeeld wegens drugssmokkel. In 1982 vermoordde zijn militair regime vijftien tegenstanders bij Fort Zeelandia. Daar gaat Rutte een krans leggen.
Verder spreekt Rutte onder meer het Surinaamse parlement toe. Ook heeft hij een gesprek met vertegenwoordigers van het Nationaal Comité Herdenking Slavernijverleden en de Nationale Reparatie Commissie Suriname over het slavernijverleden. Rutte zal tijdens zijn bezoek hiervoor geen excuses maken.