De geplande reis van prinses Amalia en haar ouders koning Willem-Alexander en koningin Máxima naar het Caribisch deel van het Koninkrijk vanaf eind januari duurt ruim twee weken. Ze zijn er van 27 januari tot en met 9 februari. De reis is bedoeld om Amalia kennis te laten maken met de eilandengroep. Het is haar eerste officiële reis als prinses van Oranje. Staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Koninkrijksrelaties) gaat mee.
De 19-jarige Amalia en haar ouders beginnen op Bonaire, waar zij onder meer de zogenoemde slavenhutjes en Nos Zjilea in Cultural Park Mangazina di Rei bezoeken. Ook praten ze met inwoners over klimaatverandering, landbouwontwikkeling en armoedebestrijding.
Op Aruba zullen ze wandelen langs karakteristieke muurschilderingen en AriKok National Park bezoeken, een beschermd gebied waar wordt gesproken over natuurbehoud. Ook zijn ze bij het Bon Bini Festival met Caribische muziek en dans. Aansluitend gaan ze met het militaire schip Zr.Ms. Holland naar Curaçao. Aan boord komt de inzet van defensie in het Caribisch gebied aan de orde. Op Curaçao gaan ze naar Landhuis Knip, de voormalige plantage waar in 1795 de slavenopstand begon, en naar een voormalige suikerplantage.
Op Sint-Maarten is aandacht voor de opbouw van het eiland na de verwoestingen door orkaan Irma in september 2017. Op Sint-Eustatius staan natuurbeheer, het steeds duurder wordende leven en gesprekken met jongeren over de toekomst op het eiland centraal. Het bezoek wordt afgesloten op Saba. Daar komt het doel van het eiland om energieneutraal te worden aan de orde. Ook zullen de koning, koningin en de prinses in het dorp The Bottom, sporten met kinderen op het grootste Cruijff Court ter wereld.