De 31-jarige man die mogelijk plannen zou hebben gehad voor een aanslag op de Gay Pride, wordt momenteel onderworpen aan een persoonlijkheidsonderzoek. Het Openbaar Ministerie heeft ook een theologisch deskundige ingeschakeld om zich in de drijfveren van de de man te verdiepen. De centrale vraag in de strafzaak tegen hem is: is hij geradicaliseerd of gestoord?
Dat bleek vrijdag op een tussentijdse zitting in de zaak bij de rechtbank in Amsterdam. De verdachte, Tahsin E., bleef weg uit de rechtszaal en liet zich vertegenwoordigen door zijn advocaat.
In juni kwam het onderzoek naar E. op gang na een ambtsbericht van inlichtingendienst AIVD. E. zou plannen smeden om een aanslag te plegen op een politiebureau, met een kalasjnikov en een bom. Op Twitter zocht hij een wapen dat hij nodig zei te hebben voor een aanslag op de Gay Pride. De politie is undercover met E. gaan chatten om uit te vinden wat zijn plannen om het lijf hadden. Voor zover tot nu toe is gebleken uit de lopende rechtszaak, waren die plannen vaag.
Toen hij chemische stoffen bij een laboratorium en een luchtdrukwapen had besteld, besloten politie en justitie in te grijpen en E. aan te houden. De op sociale media geuite dreigementen waren volgens het Openbaar Ministerie "heel serieus". Op gegevensdragers die bij E. zijn gevonden werd materiaal gevonden waaruit een fascinatie voor wapens, geweld en Islamitische Staat zou blijken.
E. zit sinds zijn arrestatie in voorarrest. Hij verblijft niet in een cel op de terroristenafdeling, maar in een psychiatrische afdeling van een huis van bewaring. Volgens zijn advocaat lijdt de man al zijn leven lang aan een autistische stoornis. In een eerdere strafzaak is hij ook gedragskundig onderzocht en verminderd toerekeningsvatbaar bevonden. In die zaak stond E. terecht wegens het bezit van een op afstand bestuurbare aansteker, waarvan hij een filmpje op Twitter had gezet. Volgens justitie moest die aansteker als een ontstekingsmechanisme worden beschouwd.
In januari vindt nog een tussentijdse zitting in de zaak plaats. De inhoudelijke behandeling staat gepland voor 18 februari.