DEN HAAG (ANP) - De Raad van State meent dat er "zwaarwegende bezwaren" kleven aan het nieuwe stelsel dat het kabinet voorstelt voor de belastingheffing op het rendement op vermogen (box 3). Dat staat in een maandag gepubliceerd advies van de belangrijkste raadgever van het kabinet en de Tweede Kamer. Doe het niet zo, luidt de conclusie.
Het voorstel heeft "ingrijpende gevolgen" voor burgers en de Belastingdienst, waarschuwt de Raad van State. Het stelsel wordt "veel complexer" dan het huidige en doet een groot beroep op het "doenvermogen" van belastingplichtigen. Zij moeten zelf bijhouden uit welke categorieën (bijvoorbeeld spaargeld, aandelen en vastgoed) hun vermogen bestaat.
De Raad van State plaatst ook vraagtekens bij de wens van het kabinet om de nieuwe box 3-belasting zo in te richten dat die evenveel opbrengt voor de staatskas als de oude. "Het strikt vasthouden aan dit uitgangspunt belemmert het maken van een zorgvuldige en integrale afweging tussen de verschillende belangen die aan de orde zijn bij de vormgeving van een nieuw box 3-stelsel."
Zoveelste tegenvaller voor kabinet
Vermogende Nederlanders betaalden jarenlang belasting over een verondersteld rendement op hun spaargeld of beleggingen. Na een aantal jaren met een extreem lage rente stapten spaarders naar de rechter om dat aan te vechten, en zij kregen tot aan de hoogste rechter gelijk. Inmiddels heeft een nieuwe rechtsgang duidelijk gemaakt dat de belasting op basis van een zogeheten forfaitair rendement ook voor beleggingen niet mocht.
Er is het kabinet veel aan gelegen snel belasting te kunnen heffen op daadwerkelijk behaald rendement. Ieder jaar dat dit niet lukt, kost dat de staatskas honderden miljoenen euro's. Het advies van de Raad van State is daarbij de zoveelste tegenvaller. Eerder liet de Belastingdienst al weten dat het uitvoeringstechnisch niet mogelijk is het nieuwe stelsel in 2027 te laten ingaan.