Veel laaggeletterden die een cursus volgden voor een hoger taal-, schrijf- of rekenniveau, stopten daarmee tijdens de coronacrisis. Zo staat in een rapport dat de Stichting Lezen en Schrijven opstelde op basis van interviews met meer dan dertig organisaties verantwoordelijk voor de cursussen voor laaggeletterden.
Veel cursussen op locatie moesten stoppen door corona, of werden online gegeven. Maar niet alle laaggeletterden konden overweg met het onlineonderwijs. Vooral mensen met een zeer laag taalniveau en ouderen hadden grote moeite met het volgen van onlinelessen. Ook hadden niet alle cursisten een laptop of computer thuis, waardoor het voor hen lastig was de onlinelessen te volgen.
De omstandigheden tijdens de coronacrisis leidden bij 71 procent van de organisaties tot uitval van cursisten, aldus Stichting Lezen en Schrijven. "Dit is zorgwekkend omdat het aantal laaggeletterden in Nederland nog steeds stijgt", aldus Geke van Velzen, directeur-bestuurder bij Stichting Lezen en Schrijven. Volgens de organisatie is een verdubbeling van het huidige budget voor scholing en aanpak van laaggeletterdheid nodig.
Van Velzen pleit ervoor dat gemeenten en organisaties in het werkveld hierbij meer samenwerken. "Zo werken we samen de corona-achterstanden weg en zorgen we ervoor dat we laaggeletterdheid verminderen en voorkomen".
De week van Lezen en Schrijven gaat maandag voor de zeventiende keer van start. Met deze themaweek vraagt stichting Lezen en Schrijven aandacht voor de 2,5 miljoen Nederlanders die moeite hebben met lezen, schrijven en rekenen. Gemeenten, bibliotheken en vrijwilligersorganisaties organiseren door het hele land taal- en rekenactiviteiten.