Met een ongemakkelijk gevoel heeft Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer, een goedkeurende verklaring gegeven aan het financieel jaarverslag van de overheid. "We keuren zaken op papier goed, wat in werkelijkheid niet goed gaat", zei Visser in de Tweede Kamer. Er is onvoldoende politieke aandacht voor uitvoering van beleid. "Burgers komen daardoor klem tussen beleid en balie."
Hij hekelt onder meer de trage uitvoering van de hersteloperatie toeslagenaffaire en de aanpak van het schadeherstel van de aardbevingen in Groningen.
Visser zei dat voorafgaand aan de overhandiging van de 24 onderzoeksrapporten van de Algemene Rekenkamer naar de rechtmatigheid van de besteding van overheidsfinanciën aan de Tweede Kamer.
De papieren werkelijkheid en de echte werkelijkheid moeten overeenkomen, en daar schort het volgens Visser aan. "Die 320 miljard euro die vandaag centraal staat, moet zijn werk doen. Goed doen."
Die goedkeurende verklaring van de Rekenkamer betekent niet dat alles goed gaat, "of dat we alles goed hebben bevonden", benadrukte Visser. "Integendeel." Goedkeuring betekent dat de Rekenkamer het onderzoek vrijgeeft voor parlementaire behandeling. "En daar is wel wat te bespreken", zei Visser met een gevoel van understatement.
De rechtmatigheid van de overheidsuitgaven staat onder druk. "In 2021 was een zorgwekkend hoog percentage verplichtingen niet rechtmatig. Fors meer dan vorig jaar."
Kabinet en de Kamer moeten hierover de discussie met elkaar voeren, vindt Visser. Crises, zoals de coronacrisis, mogen geen excuus zijn. Bij mooi weer wordt aan van alles gedacht behalve aan het repareren van daken."