Bemiddelaar Johan Remkes brengt woensdagmiddag zijn bevindingen over het stikstofbeleid naar buiten. De ervaren bestuurder voerde de afgelopen maanden diverse gesprekken over het gevoelige onderwerp en de toekomst van landbouw en natuur in Nederland. Hij sprak met boeren, actiegroepen, ministers, natuur- en milieuorganisaties en provinciebestuurders. Zijn conclusies worden in politiek Den Haag met spanning afgewacht.
Remkes is zeer bekend met de materie. In 2019 was hij nog voorzitter van het adviescollege Stikstofproblematiek. De aanbevelingen van die commissie, met de titel 'Niet alles kan overal', zijn door het huidige kabinet omarmd. De VVD-coryfee adviseerde destijds om maatregelen te nemen die de stikstofuitstoot van alle sectoren met de helft doen verminderen. Dat doel zou in 2030 bereikt moeten zijn. Ook moest het kabinet "serieus werk maken van natuurherstel".
Nadat de boerenprotesten dit jaar weer oplaaiden, werd Remkes ingevlogen als gespreksleider om de gemoederen tot bedaren te brengen. "Het kabinet heeft mij verzekerd dat er ruimte is en dat er gezamenlijke oplossingen mogelijk zijn", stelde hij toen hij aan zijn huidige opdracht begon.
De uitkomsten van de gesprekken zijn niet alleen voor het beleid van het kabinet belangrijk, maar ook voor de eenheid in de coalitie. In augustus zei vicepremier Wopke Hoekstra (CDA) dat zijn partij de natuur- en stikstofdoelen voor 2030 "niet heilig" acht. Die deadline staat wel in het coalitieakkoord. De uitlatingen van Hoekstra werden volgens premier Mark Rutte in de ijskast gezet, in afwachting van de bevindingen van Remkes.
Het kabinet wilde met de gesprekken vooral "weer komen tot een verstandhouding waarbij de inhoud en het gesprek over een duurzame toekomst voor agrarische ondernemers en het landelijk gebied centraal staan". Want die verstandhouding tussen een deel van de boeren en de politiek is verzuurd. Boeren missen toekomstperspectief in de plannen. De kersverse minister van Landbouw Piet Adema zal hier meteen mee aan de slag moeten.
Sommige actievoerende boeren ontkennen dat er überhaupt een stikstofprobleem is. Wetenschappelijke studies, bijvoorbeeld van de Wageningen Universiteit, wijzen echter de hoge stikstofdepositie aan als belangrijke oorzaak voor de slechte staat waar een deel van de Nederlandse natuur in verkeert. Nederland kent de hoogste stikstofuitstoot per hectare van Europa.
Die uitstoot komt van diverse bronnen. Waar het gaat om ammoniak is de landbouw volgens het CBS veruit de grootste bron. Stikstofoxiden komen vooral van verkeer, industrie en energiecentrales. Voor die sectoren heeft het kabinet nog geen concrete plannen gepresenteerd.