De Rotterdamse gemeenteraad ziet er geen heil in dat buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) in de stad worden uitgerust met een wapenstok en pepperspray om zich te verdedigen tegen agressie als zij de straat op gaan. De raad heeft donderdag een motie daarover verworpen.
In de motie stellen Leefbaar Rotterdam, VVD en CDA dat Rotterdam te kampen heeft met een fors capaciteitstekort bij de politie, waardoor boa’s steeds zwaarder worden belast en in escalerende situaties vaak lang moeten wachten op de politie. Met Pasen werden Rotterdamse boa’s nog mishandeld bij het handhaven van coronamaatregelen. Ook de boa-vakbonden dringen al geruime tijd aan op een wapenstok en pepperspray. Uit protest deelden boa’s in Rotterdam daarom vorige week drie dagen lang geen boetes uit.
Het is al de tweede keer dat een motie om boa’s in Rotterdam te bewapenen met pepperspray en wapenstok het niet haalt. Eerder diende Leefbaar Rotterdam ook al een motie hierover in. Burgemeester Ahmed Aboutaleb van Rotterdam is en blijft faliekant tegen. Hij vindt dat alleen de politie de bevoegdheid moet hebben om geweldsmiddelen te gebruiken. "Het toekennen van extra geweldsmiddelen voor boa’s zou de kans op verdere geweldsescalatie kunnen vergroten", benadrukt hij.
De gemeente Rotterdam heeft inmiddels wel toegezegd om boa’s aan te sluiten op het portofonienetwerk van de politie en werkgroepen te vormen van handhavers en politiemedewerkers. Ook beschikken boa’s in Rotterdam al over steekwerende vesten en bodycams.
Rotterdam is niet de enige gemeente waar boa’s hun werkomstandigheden onveilig vinden. In meer dan twintig Nederlandse plaatsen voerden handhavers de afgelopen week actie, naar aanleiding van een mishandeling van boa's in IJmuiden op Hemelvaartsdag.