De vicepremiers Sigrid Kaag (D66), Wopke Hoekstra (CDA) en Carola Schouten (ChristenUnie) zijn al uren aanwezig bij het debat over de uitslag van de Provinciale Statenverkiezingen, maar het is niet de bedoeling dat zij ook het woord voeren. Dat zei premier Mark Rutte aan het begin van zijn bijdrage, tot grote woede van de oppositie in de Tweede Kamer.
Volgens Rutte is het "staatsrechtelijk juist" dat hij in de Kamer het woord voert over het kabinetsbeleid, en niet de vicepremiers. Dat was anders geweest als het debat zoals aanvankelijk gepland dinsdag was gevoerd, toen hij ziek thuis zat. "Dan had u hier Sigrid Kaag of Wopke Hoekstra kunnen horen."
De minister-president wekte daarmee de woede van de gehele oppositie. Zowel PvdA-leider Attje Kuiken als BBB-voorvrouw Caroline van der Plas betichtte hem van arrogantie. DENK-fractievoorzitter Farid Azarkan sprak van een "schoffering" van de Kamer, die immers ook veel vragen heeft gesteld aan de vicepremiers.
PVV-leider Geert Wilders wees erop dat Rutte vrijdag, toen hij na urenlang crisisberaad met de top van het kabinet de pers te woord stond, de vicepremiers wél afzonderlijk aan het woord liet. Dan moet hij nu niet een "staatsrechtelijk heilig boontje" spelen, aldus Wilders.
Uiteindelijk deed Rutte de toezegging dat de vicepremiers vragen die specifiek aan hen gericht worden, toch zullen beantwoorden.