De Amsterdamse rechtbank verwacht tot en met juni 2022 bezig te zijn met het monsterproces Marengo. Dat zei de voorzitter van de rechtbank woensdag bij de aanvang van wat waarschijnlijk de laatste voorbereidende ronde van de omvangrijke strafzaak is. Op 15 februari wordt begonnen met de inhoudelijke behandeling van de zaak rond hoofdverdachte Ridouan Taghi en zestien medeverdachten. Zij worden verdacht van onder meer betrokkenheid bij een reeks onderwereldmoorden.
Tot en met de zomer zijn achttien procesdagen gepland, waarin onder meer kroongetuige Nabil B. wordt gehoord. Daarna volgen eind dit jaar weer meerdere zittingsdagen en in de periode tussen maart en juni 2022 moet de zaak worden afgerond. Een uitspraakdatum is nog niet bekend.
Woensdag, donderdag, vrijdag en mogelijk ook volgende week woensdag wordt in de gerechtsbunker in Amsterdam-Osdorp de laatste stand van zaken besproken voordat de zaak echt behandeld kan worden, bijna drie jaar na de allereerste zitting. De strafzaak staat inmiddels te boek als de grootste uit de Nederlandse rechtsgeschiedenis en zal maanden aan zittingen in beslag nemen.
Taghi (43) is de onbetwiste hoofdverdachte. Hij werd in december 2019 gearresteerd, nadat hij jaren voortvluchtig was geweest. Zijn veronderstelde rechterhand Saïd R. (48) werd in februari in Colombia opgepakt en zit daar nog steeds in uitleveringsdetentie. Het is vooralsnog niet bekend wanneer hij naar Nederland wordt overgebracht.
Marengo draait om zes voltooide moorden, vier pogingen daartoe en aantal voorbereidingen van liquidaties.