De inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen de twee complotdenkers Wouter Raatgever (54) en Joost Knevel (44) begint op 10 juni. De rechtbank in Den Haag trekt er twee dagen voor uit. Op de tweede zittingsdag op 16 juni worden de strafeisen verwacht. Dit bleek woensdag tijdens de laatste inleidende zitting waar beide verdachten niet verschenen.
Knevel en Raatgever worden verdacht van opruiing en (doods)bedreigingen tegen RIVM-directeur Jaap van Dissel, premier Mark Rutte en een huisarts in Bodegraven.
Eind deze maand verwacht de officier van justitie het rapport van het Pieter Baan Centrum (PBC), waar beide verdachten zijn onderzocht. Het PBC zou in de zaak van Knevel het herhalingsgevaar groot achten, heeft hij zelf aan zijn advocaat Peter Plasman verteld. Het PBC adviseert een behandeling.
De in Bodegraven opgegroeide Knevel is ervan overtuigd geraakt dat hij in zijn kinderjaren getuige was van satanische kindermoorden en misbruikt is door Van Dissel en de huisarts. Zijn ongefundeerde verhaal werd omarmd en verder verspreid in video's op het onlineplatform Red Pill Journal, waar ook Knevel aan meewerkte. Als gevolg van de internetuitzendingen kwamen tientallen complotdenkers begin vorig jaar naar de begraafplaats van Bodegraven om bloemen op kindergraven neer te leggen.
Knevel werd in augustus vorig jaar opgepakt in Spanje en overgeleverd aan Nederland. Plasman deed woensdag een vergeefs verzoek het voorarrest van Knevel te schorsen. De raadsman zei dat zijn cliënt zich graag bij zijn vrouw en kinderen in Spanje zou willen voorbereiden op de strafzaak. Plasman: "De overtuiging van mijn cliënt over wat hem is overkomen zal blijven. Hij zegt: ‘Ik heb op grond hiervan verkeerde dingen gedaan en ik doe dit niet meer’."
De rechter concludeert dat deskundigen het herhalingsgevaar groot achten en wil de rapporten daarover van de deskundigen afwachten. De rechtbank besloot daarom dat Knevel tot zijn strafproces in de cel blijft.