De meeste Nederlanders eten geen insecten, maar ze worden volgens Wageningse onderzoekers welwillender als ze zijn geïnformeerd over de duurzaamheidswinst die dat oplevert. De onderzoekers van Wageningen University & Research (WUR) hebben een groep van ruim duizend Nederlanders ondervraagd over hun kijk op entomofagie, zoals het eten van insecten ook wel wordt genoemd. Ze zien een "bescheiden, maar robuust effect" van voorlichting.
Insecten zijn een veel duurzamere bron van eiwitten dan het vlees dat mensen nu vooral eten. "Vergeleken met de veehouderij verbruikt een insectenboerderij veel minder water en land en ook de uitstoot van broeikasgassen en ammoniak is fors lager", vat de WUR de voordelen samen. "Insectenproductie past dus goed in de circulaire economie", stelt onderzoeker Hans Dagevos. Hij was benieuwd of dat inzicht insecten als voedsel acceptabeler maken voor mensen.
Eerdere onderzoeken duiden erop dat Westerse consumenten nog niet erg warmlopen voor insecten op het menu. Sterker nog: "Onder westerlingen roepen eetbare insecten vaak sterke reacties van walging op", vatten de onderzoekers het beeld samen. Ook in deze studie wees slechts een minderheid producten die op insecten zijn gebaseerd aan als iets dat ze waarschijnlijk zelf zouden kopen. Toen consumenten de vragenlijst na uitleg over de duurzaamheidsaspecten nog eens invulden, kozen ze over de hele linie wel significant vaker voor eten waar hele of vermalen insecten in zitten. Op het menu stonden bijvoorbeeld een insectenburger, een hamburger waarvan het broodje voor de helft uit insectenbloem bestaat of nuggets van kippen die zijn gevoerd met insecten. Voor alle achttien gerechten op de lijst steeg de animo dankzij informatie over de duurzaamheid.
Opvallend is verder dat consumenten die zeggen veel bezig te zijn met duurzaamheid niet per se eerder kiezen voor het eten van insecten. Belangrijker is in hoeverre mensen bang zijn voor insecten of ervan walgen.