Ridouan Taghi, hoofdverdachte in het omvangrijke liquidatieproces Marengo, wil dat zijn strafzaak wordt afgesplitst. Dat verzoek deed zijn advocaat Inez Weski woensdag "op nadrukkelijk verzoek" van haar cliënt, "in het belang van de rust van het proces", tijdens een zitting in Marengo in de gerechtsbunker in Amsterdam-Osdorp.
Volgens Weski is er "disproportioneel" veel aandacht voor Taghi in het strafproces. "Als de zaak van Taghi wordt afgesplitst, kunnen we in het huidige proces terugkeren tot de kern en krijgen de medeverdachten en hun belangen voldoende aandacht."
Marengo draait om meerdere liquidaties en pogingen daartoe. Er zijn in totaal zeventien verdachten, onder wie Taghi en kroongetuige Nabil B. In het omvangrijke proces staat momenteel het verhoor van deze kroongetuige op het programma.
Op de zitting dinsdag zei Weski al dat Taghi "volkomen ten onrechte" en "publiekelijk" beschuldigd wordt van tal van ernstige misdrijven waarvoor hij niet wordt vervolgd. Ze doelde onder meer op de moorden op de broer van de kroongetuige B., advocaat Derk Wiersum en B.'s vertrouwenspersoon Peter R. de Vries. Weski drong er bij het OM op aan over te gaan tot vervolging van Taghi voor de zaken waarmee hij buiten Marengo in verband wordt gebracht, zodat de rechter kan oordelen.
Als de zaak van Taghi wordt afgesplitst, zou het OM hem hierin kunnen vervolgen, suggereerde Weski woensdag.
Het Openbaar Ministerie moet nadenken over het verzoek van Weski, en zal daar waarschijnlijk op de volgende zitting op 13 oktober op reageren. Het is uiteindelijk aan de rechtbank of het al dan niet gebeurt.
Taghi is deze week niet aanwezig in de zittingszaal van de bunker.