Gedetineerden die vastzitten wegens terrorisme ervaren tegenslag in hun leven vaak als teken van onrechtvaardigheid die hen is aangedaan. Dat concluderen het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) en de Vrije Universiteit Amsterdam in een onderzoek.
,,Tegenslagen zoals het verliezen van werk, overlijden van een familielid of problemen in het gezin komen veel voor bij elke verdachte, maar verdachten van terroristische misdrijven lijken heftiger te reageren hierop'', aldus de NSCR.
Volgens de onderzoekers hebben jihadisten vaak weinig kennis van de islam aan het begin van hun radicaliseringsproces. ,,Ze worden ertoe aangetrokken omdat het een mogelijkheid biedt tot betekenisgeving. Maar via hun netwerk en internet-propaganda krijgen ze een eenzijdig, gewelddadig beeld van het geloof'', aldus de onderzoeksinstelling.
Volgens NSCR lijken veel terrorismeverdachten vatbaar voor ideologische beïnvloeding. ,,Ze worden aangetrokken tot sterke, simplistische verhalen op het internet of komen mensen tegen die hen introduceren in een extremistisch netwerk. Ook lijken ze soms beperkt in hun beoordelingsvermogen. Plotselinge en ingrijpende gebeurtenissen kunnen dan een trigger zijn voor betrokkenheid bij terrorisme of extremisme.''
Bij jongere terrorismeverdachten is relatief vaak sprake van een instabiel gezinsleven. Veel van hen zijn op zoek naar identiteit, zingeving en verbondenheid. Mogelijk kunnen terrorismeverdachten door ,,persoonlijke kenmerken'' niet goed omgaan met tegenslag.
Het onderzoek is uitgevoerd onder gedetineerden in Nederlandse gevangenissen en professionals die werken met deze mensen.