Met nog maar een krap jaar te gaan in dit kabinet is Tamara van Ark donderdag begonnen als nieuwe minister voor Medische Zorg. In een korte toelichting na haar beëdiging door de koning zei Van Ark dat "ze haar steentje wil bijdragen om het voor mensen beter te maken". Dat is altijd haar drijfveer geweest in de politiek, zei ze.
Ze heeft er "veel zin in" en verwacht hard te moeten werken, ook vanwege de voorbereidingen op een eventuele tweede coronagolf in Nederland. "En dat terwijl we nog druk bezig zijn de lessen te leren uit de eerste golf aan besmettingen."
De acht maanden tot aan de verkiezingen medio maart volgend jaar en de mogelijk maandenlange demissionaire periode daarna, wil de VVD'er vooral gebruiken om naar mensen te luisteren, naar patiënten en zorgpersoneel. "Mensen die afhankelijk zijn van beleid en de overheid, merken altijd als eerste dat er iets niet goed gaat."
Van Ark was de afgelopen jaren staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, na zeven jaar Kamerlidmaatschap voor de liberalen. Als minister op Volksgezondheid, naast minister Hugo de Jonge, zal ze dezelfde portefeuille doen als haar voorgangers. Dat is publieke zorg en sport.
Ze bedankte tijdelijk invaller Martin van Rijn en de uitgevallen Bruno Bruins voor "het fantastisch werk dat zij hebben verzet om Nederland door de grote gezondheidscrisis te leiden". Als tip kreeg ze van Van Rijn mee om de hardwerkende mensen te koesteren, in de zorg en ook op het departement.