Van der Burg snapt provincies, maar ze moeten asielopvang leveren

02 feb , 13:18 Landelijk
van der burg snapt provincies maar ze moeten asielopvang leveren
ANP
Demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (Asielzaken) snapt dat provincies en gemeenten zuchten, puffen en steunen over het aantal opvangplekken voor asielzoekers dat ze moeten gaan regelen. "Het is natuurlijk een grote opgave, waarbij Zuid-Holland natuurlijk wel echt een hele grote opgave heeft. Maar de wet is de wet en iedereen moet gewoon gaan leveren", zei Van der Burg voorafgaand aan de ministerraad.
Als eerste concrete uitvoeringsstap van de spreidingswet heeft Van der Burg woensdag in de Staatscourant bekendgemaakt dat er 96.000 opvangplekken voor asielzoekers moeten worden gerealiseerd, met daarbij de verdeling over de provincies. Zuid-Holland moet bijna 20.000 opvangplekken realiseren, Noord-Holland ruim 16.000 en Noord-Brabant een krappe 15.000. Zij vangen al jaren minder asielzoekers op dan wat er aan ze wordt gevraagd.
"Maar dat komt ook omdat andere provincies de afgelopen jaren al veel verder zijn gegaan", zei Van der Burg. Zo voldoen Groningen, Friesland, Drenthe en Flevoland op dit moment al aan de opgave voor de komende twee jaar, zei de staatssecretaris. Voor een eerlijker verdeling over het hele land "is nou precies de spreidingswet". Die geldt voor alle twaalf provincies.
De Zuid-Hollandse commissaris van de Koning Jaap Smit noemde na de bekendmaking van de provinciale opdracht om 19.776 opvangplekken voor asielzoekers te realiseren een "enorme opgave". Zijn Noord-Hollandse collega Arthur van Dijk noemde de opgave voor zijn provincie "fors". "Het realiseren van de gewenste opvangplekken was al een forse opgave, maar die wordt nu nog forser en complexer", liet de provincie Noord-Brabant eerder deze week weten.
Elke provincie heeft tot 1 november de tijd om met haar gemeenten die provinciale opgave te regelen. Dan moeten de provinciale opvangplannen bij het ministerie van Justitie en Veiligheid worden ingeleverd. Voor 1 januari beoordeelt de staatssecretaris de plannen.