De financiële gevolgen van 12 procent inflatie vallen niet te compenseren door de overheid. Dat zei staatssecretaris Marnix van Rij (Belastingdienst) vrijdag voorafgaand aan de ministerraad.
Het pakket aan compensatiemaatregelen dat het kabinet eerder al afkondigde is "dempend", aldus van Rij. Maar de "exorbitante stijging" van 12 procent die het Centraal Bureau voor de Statistiek becijferde over maart "kunnen we niet in koopkracht compenseren".
"We wachten natuurlijk af hoe het zich in de komende weken en maanden ontwikkelt", zei de bewindsman over de hoge prijsstijgingen. De laatste keer dat de inflatie zo hoog lag, was in de jaren tachtig, memoreert Van Rij. Toch kan "je de situatie niet 1 op 1 vergelijken met de jaren zeventig of tachtig. We zitten wel met een situatie van hele lage rente nog steeds, dat is een voordeel. Maar laten we de ontwikkelingen gewoon afwachten".
Ieder zal volgens Van Rij "zijn verantwoordelijkheid moeten nemen". Maar een concrete oproep aan werkgevers om de lonen te verhogen, waagt hij zich niet aan. Ook minister Micky Adriaansens (Economische Zaken) wil geen appel doen op werkgevers voor meer loon. "We hebben het in Nederland goed geregeld met een sterk polderlandschap. Werkgevers en werknemers kunnen daar goed met elkaar over praten."
Ook minister Karien van Gennip (Sociale Zaken) vindt de discussie over hogere lonen er een tussen werkgevers en werknemers, maar "ik kan me er wel wat bij voorstellen", zei ze.