Dat veel ondernemers tijdens de corona-pandemie in financiële problemen zijn gekomen is algemeen bekend. Dat maakte het voor sommige ondernemers noodzakelijk om afscheid te nemen van personeel. Vooral tijdens de eerste en tweede coronagolf heeft dit geleid tot extra ontslagzaken.
Coronacrisis reden voor ontslag
De wet erkent slechts een aantal situaties op grond waarvan een werknemer kan worden ontslagen. Denk daarbij aan disfunctioneren en verwijtbaar gedrag van de werknemer en bedrijfseconomische omstandigheden bij de werkgever. De coronacrisis kan voor de financieel krap zittende ondernemers reden zijn om op bedrijfseconomische gronden ontslag aan te vragen bij het UWV. Maar de ondernemer kan ook met werknemer onderhandelen over een ontslagregeling, ofwel ontslag met wederzijds goedvinden. Werkgever en werknemer proberen dan in onderling overleg afspraken te maken over de voorwaarden die gelden bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Denk daarbij aan zaken als de ontslagvergoeding, vrijstelling van werk, en verval concurrentiebeding. Het eventueel bereikte akkoord wordt dan
vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst .
Dossieronderzoek Ontslagspecialist
Ontslaghulpverlener
Ontslagspecialist heeft in de periode april 2020 – april 2021 onderzocht op welke wijze ondernemers afscheid hebben genomen van personeel in vaste dienst. In dat verband zijn 500 dossiers geanalyseerd waarbij de bedrijfseconomische omstandigheden een belangrijke rol speelden. Er is daarbij bekeken welke ontslagroute de werkgever heeft gevolgd.
Wederzijds goedvinden
Uit het dossier-onderzoek blijkt dat ontslag met wederzijds goedvinden veruit het populairst is. Van de 500 door Ontslagspecialist onderzochte dossiers zijn maar liefst 452 zaken afgerond met een vaststellingsovereenkomst. Dat is 90 procent van de ontslagzaken. Van de overige zaken werd 8 procent aangebracht bij het UWV, terwijl in 2 procent van de gevallen werknemer uit zichzelf bij werkgever is vertrokken.
Vaststellingsovereenkomst
Het blijkt dus dat veruit de meeste ontslagzaken via een vaststellingsovereenkomst tot stand komen. Maar waarom is dat zo?
Vaststellingsovereenkomst: snelste en goedkoopste ontslagroute
Voor een werkgever is het in veel gevallen goedkoper en sneller om het ontslag uit te voeren via een vaststellingsovereenkomst. Uit het dossier-onderzoek van Ontslagspecialist blijkt dat een ontslag via een vaststellingsovereenkomst vaak binnen 1 a 2 weken kan worden beklonken, soms zelfs binnen enkele dagen. De proceduretijd bij het UWV is meestal (aanzienlijk) langer. Bovendien moet de ondernemer bij het UWV een gedegen verzoekschrift ondersteund met vele financiële gegevens aanleveren om ontslag voor elkaar te krijgen. Uiteraard kost dat de nodige inspanning en tijd.
blijkt bovendien dat de juridische kosten die een werkgever spendeert bij een ontslag via een vaststellingsovereenkomst het minst zijn.
Ook voordelen voor werknemer
Net als bij werkgevers gaat de voorkeur van de meeste werknemers uit naar een minnelijke regeling in plaats van een procedure. Ook werknemers worden niet graag geconfronteerd met de (advocaat)kosten en stress die een zaak bij het UWV met zich meebrengt.
Het aangaan van een vaststellingsovereenkomst kan WW-veilig ( verzet tegen ontslag is hiervoor niet nodig). Bovendien levert het meewerken aan een vaststellingsovereenkomst vaak een hogere ontslagvergoeding op voor werknemers. Veel werkgevers zijn namelijk bereid de werknemer iets extra te betalen ter voorkoming van de rompslomp en kosten die een ontslagaanvraag bij het UWV met zich meebrengt.