In het nieuwe sportakkoord dat sportminister Conny Helder heeft gesloten, worden meer eisen gesteld aan sociaal veilig sporten. Bij sportaanbieders is nu te weinig aandacht voor een veilige sportcultuur en de afgelopen jaren is daar te weinig vooruitgang op geboekt. De niet vrijblijvende (basis)eisen gaan gelden voor zowel de topsport als de breedtesport.
Er komt onder meer een verplichting om gedragsregels op te stellen en een vertrouwenscontactpersoon te hebben. Ook wordt bekeken hoe de sportsector een VOG (Verklaring Omtrent Het Gedrag) kan eisen, zo staat in het nieuwe sportakkoord. Het streven is dat het merendeel van de sportaanbieders in 2026 werkt met de Code Goed Sportbestuur en er komt meer voorlichting en scholing. Daarnaast wordt de dialoog over sociale veiligheid en grensoverschrijdend gedrag gestimuleerd.
"Het gezamenlijk afspreken, bespreken en aanspreken van/op normaal en wenselijk gedrag is van belang om een cultuuromslag te bereiken", zo staat in het sportakkoord. De nu gemaakte afspraken tussen het ministerie van VWS, NOC*NSF, Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Vereniging Sport en Gemeenten (VSG) en het Platform Ondernemende Sportaanbieders (POS) worden het komend jaar verder uitgewerkt. Met die concrete uitvoeringsplannen wordt een definitief sportakkoord 'Sport versterkt' gesloten. Als het nodig is, sluit minister Helder op onderdelen wetgeving niet uit.
Alle partners beseffen dat er los van verbeteringen altijd incidenten en signalen blijven die moeten worden gemeld en zorgvuldig moeten worden behandeld. De partijen gaan bekijken hoe de melding en afhandeling beter kunnen.
Sportaanbieders zijn als eerste verantwoordelijk om te zorgen voor een veilig sportklimaat en veilige sportomgeving, staat in het akkoord. Ze kunnen dat niet echter alleen en daarom is extra ondersteuning nodig, stellen de betrokken partners. "We versterken bonden en brancheverenigingen met integriteitsmanagers en extra middelen, om hun achterban te ondersteunen bij het werken aan een veilige sportomgeving."
Voor de uitvoering van het sportakkoord is voor komend jaar ieder geval 23 miljoen euro beschikbaar. Bij de voorjaarsnota wordt besloten of daar nog eens 5 miljoen euro bijkomt. Een motie hiertoe is eerder door CDA-fractievoorzitter Pieter Heerma ingediend.