Acht verdachten staan vanaf woensdag terecht in een strafzaak die vooral draait om een app die in opdracht van de FBI is ontwikkeld. Terwijl de acht volgens het Openbaar Ministerie communiceerden over de invoer van cocaïne las de Amerikaanse opsporingsinstantie mee.
De acht hadden een telefoon met de zogeheten Anom-app. Na de hacks door de politie van EncroChat en Sky ECC bleef de behoefte bij criminelen groot om elkaar gecodeerd berichten te kunnen sturen. Netwerk Anom deed precies dat. Anom was echter opgezet door de FBI. In juni 2021 werden wereldwijd zo'n 800 verdachten opgepakt, meldde de FBI destijds. De acht Nederlandse verdachten zouden openlijk gecommuniceerd hebben over de invoer van coke vanuit Ecuador of Colombia. Volgens het OM kwam in februari en maart 2020 200 kilo coke verstopt in bananendozen de haven van Hamburg binnen.
Op een eerdere regiezitting maakten de advocaten zich zorgen over het gebruik van een dergelijke app. Eén van de raadslieden vergeleek het met het 24 uur per dag observeren van zijn cliënt, acht maanden lang, zonder dat er meteen een concrete verdenking lag.
Ook zijn er vragen over de betrokkenheid van Nederlandse autoriteiten bij Anom. Op de internationale persconferentie gaf de politie aan dat Nederland bijdroeg door technologische toepassingen te ontwikkelen en te delen met haar partners in dit onderzoek. Het OM gaf eerder op een regiezitting aan dat Nederland geen grote rol had in dit onderzoek.
De rechtbank in Zwolle trekt vijf dagen uit voor de zaak. Naar verwachting komt het OM vrijdag met de strafeisen.