In het eerste pleidooi van de Mallorcazaak hebben de advocaten van verdachte Sanil B. de beeldvorming van het Openbaar Ministerie rond hun cliënt aan de orde gesteld. "Dit is geen boeman of monster", besloot advocaat Anis Boumanjal zijn pleidooi. Hij riep het hof in Leeuwarden op zijn cliënt als persoon te zien en niet te luisteren naar de onderbuik.
Sanil B. is voor het uitgaansgeweld op Mallorca, waarbij de 27-jarige Carlo Heuvelman in juli 2021 om het leven kwam, vorig jaar tot een celstraf van zeven jaar veroordeeld. Hij zit als enige van de zeven verdachten vast. "Ik vraag u hem niet alleen te beoordelen op deze zwarte bladzijde. U bent zijn laatste kans", pleitte Boumanjal.
Daarvoor had B.'s andere raadsman, Peter Plasman, gesteld dat er aan het bewijsmateriaal van het OM "grote gebreken" kleven. Het bewijs bestaat uit een DNA-spoor op de schoen van B. en een getuigenverklaring.
De getuige die B. zou linken aan de betrokkenheid bij de dood van Carlo, is volgens zijn verdediging "onbetrouwbaar." Ook zetten zijn advocaten vraagtekens bij het getuigenverhoor door de Spaanse politie. Zo waren er geen gekwalificeerde tolken aanwezig en zouden de verslagen van de verhoren onvolledig zijn.
Volgens de verdediging is het onwaarschijnlijk dat Carlo is overleden door trappen tegen zijn hoofd. Een waarschijnlijker scenario vinden zij dat het dodelijke letsel is ontstaan door de achterwaartse val die Carlo maakte. Mogelijk hebben daarna nog enkele trappen tegen het hoofd bijgedragen aan het letsel.
Ook bij het DNA-spoor op de schoen van B. zijn kanttekeningen te plaatsen, zei Boumanjal. Zo is de aangetroffen hoeveelheid DNA erg laag, stelde hij. Dat zou niet stroken met het gegeven dat zijn cliënt "vol en met kracht tegen het hoofd" zou hebben geschopt.
Tot en met maandagmiddag zijn er pleidooien in de zaken van de andere zes verdachten.