Enkele duizenden basisscholieren hebben een advies voor het voortgezet onderwijs gekregen dat mogelijk te hoog gegrepen is. Dat heeft het onderwijsministerie bekendgemaakt. Er moet opnieuw naar deze beoordelingen worden gekeken. De testen hoeven niet opnieuw door de scholieren te worden gemaakt.
Er deden dit voorjaar 175.000 kinderen een eindtoets. De uitkomst van zo'n toets kan ertoe leiden dat het eerdere advies van de leerkracht, dat leidend is, alsnog naar boven toe wordt aangepast. Bij de beoordeling van 20.000 van deze toetsen zijn fouten gemaakt. In de meeste gevallen maakten deze fouten niet uit voor het advies, maar een nog onbekend aantal kinderen moet er toch rekening mee houden dat ze bijvoorbeeld toch beter niet naar het vwo kunnen, maar naar de havo.
De fouten werden niet gemaakt bij de beoordeling van de Cito-toetsen (de helft van alle toetsen), maar bij de beoordelingen van de toetsen aangeboden door de andere aanbieders: IEP Eindtoets, ROUTE 8, Dia-eindtoets of AMN Eindtoets (samen de andere helft van alle toetsen). De oorzaak voor het probleem ligt niet bij de toetsaanbieders zelf, aldus het ministerie.
Door een verkeerde verwerking bij onafhankelijke experts is bij 11 procent van alle groep 8-leerlingen in Nederland een onjuist schoolniveau uit de eindtoets gekomen, meestal te hoog. Maar lang niet alle kinderen die een onjuiste uitslag kregen van de toets, hebben dus ook een verkeerd advies gekregen omdat het oordeel van de leerkracht erg zwaar weegt.
Onderwijsminister Arie Slob spreekt van "een buitengewoon vervelende situatie, in eerste instantie natuurlijk vooral voor de geraakte groep 8-leerlingen en hun ouders, maar ook voor alle leerkrachten en scholen die hierbij betrokken zijn. Zowel de basisscholen die de schooladviezen opstellen en nu mogelijk een tweede keer moeten heroverwegen, als de middelbare scholen die leerlingen mogelijk anders moeten plaatsen."
De scholen zijn dinsdagochtend geïnformeerd.