Mensen die zitten te springen om een feestje, hoeven deze zomer geen grote evenementen te verwachten. Er mag sinds 1 juli wel meer, maar grote samenkomsten zijn volgens voorzitter Hubert Bruls van het Veiligheidsberaad lastig te organiseren. "De doorloop moet zijn gegarandeerd en bij meer dan 250 bezoekers moeten zij een zitplek krijgen. Dan houdt een dancefestival al snel op."
De burgemeester van Nijmegen denkt dat een braderie of een kermis prima kan. Een vergunning kan nog worden aangevraagd. Een groot feest is niet reëel, stelt hij. "Veel organisatoren hebben hun personeel al met vakantie gestuurd omdat zij niet meer hadden verwacht dat deze zomer nog iets kon. Sponsoren moeten opnieuw worden gezocht."
Bovendien bestaan er niet heel veel plekken waar grote groepen mensen in deze coronaperiode veilig kunnen samenkomen, zegt hij. De hygiënemaatregelen (toiletten), doorstroming en anderhalve meter afstand moeten zijn geborgd. "De vraag is of het sowieso lucratief is om nu iets te organiseren", vraagt Bruls zich hardop af.
"Mensen hebben zich goed aan de regels gehouden en daarom kan er nu meer. Corona houdt een zomerslaapje, maar is echt niet weg. Het wordt een andere zomer dan voorheen. Veel mensen blijven thuis of gaan in Nederland op vakantie. Naar de disco gaan, zit er de komende maanden echter nog niet in."
Ook minister Ferd Grapperhaus (Veiligheid) is blij dat Nederlanders weer meer "levensruimte krijgen". Hij beklemtoont dat iedereen moet blijven oppassen "totdat er een vaccin is". "Wij moeten met zijn allen echt vermijden dat wij de regels weer moeten gaan aanscherpen." Hij heeft dan ook geen goed woord over voor de demonstranten in Den Haag die ondanks een verbod onlangs toch samenkwamen op het Malieveld.
De minister begrijpt daarom heel goed dat burgemeesters zich hierover zorgen maken. "Om veiligheidsredenen kunnen bepaalde demonstraties niet doorgaan. Het kan niet dat mensen dan toch komen opdagen. Dat is niet zoals wij het hier in Nederland met elkaar hebben afgesproken."