Verzuimende gemeenten hoeven doel asielopvang niet te halen

21 dec , 2:01 Landelijk
anp211224005 1
ANP

DEN HAAG (ANP) - Gemeenten die geen of te weinig opvangplekken voor asielzoekers hebben aangeboden, hoeven niet hun hele aandeel alsnog op te brengen. Andere gemeenten hebben zoveel plaats vrijgemaakt, dat achterblijvers minder mogen doen. Asielminister Marjolein Faber "wil het gewoon in goede harmonie oplossen", als de benodigde bedden maar worden gevonden.

De provincies en gemeenten hebben met de omstreden spreidingswet opdracht gekregen 96.000 opvangplekken te regelen. Maar niet alle gemeenten werkten mee om de verdeling rond te krijgen, waardoor het doel niet is gehaald. Doordat gemeenten in de noordelijke provincies, Flevoland en Zeeland meer doen dan gevraagd, zijn er toch een kleine 90.000 plaatsen gevonden, zo blijkt uit een brief van Faber aan de provincies. Faber geeft de provincies en gemeenten nog een half jaar de tijd om de overige bedden te regelen.

De PVV-minister, die de verdeling vóór de jaarwisseling moest bekrachtigen, schrijft zelf niet voor welke gemeenten of provincies die moeten leveren. Dat laat ze aan henzelf. Samen zullen de achterblijvers minder mogen opbrengen dan van ze werd verwacht, dankzij overschot elders. Maar de ruim 6000 nog benodigde plaatsen moeten er de komende maanden wel komen.

"Ik wil helemaal niet dwingen", zei Faber vrijdag. "We voeren momenteel hele goede gesprekken met de provincies en gemeenten en ik denk dat we daar op vrijwillige basis heel goed uit kunnen komen." De spreidingswet bepaalt dat de minister vanaf de zomer opvangplaatsen zou kunnen afdwingen.

Faber wil de spreidingswet overigens afschaffen, maar het is maar de vraag of en wanneer dat lukt. De Eerste Kamer, waar de regeringspartijen geen meerderheid hebben, keurde de wet eerder juist goed en zou daar dan op moeten terugkomen.

De periode tussen januari en juli was eigenlijk bedoeld om de toegezegde opvangplaatsen ook te verwezenlijken. Die tijd wordt nu ook gebruikt om de verdeling helemaal rond te krijgen. Maar het ministerie rekent er volgens ingewijden op dat de opvang op 1 juli toch klaar is voor gebruik.