Bij vier schapenhouderijen in Noord-Holland en Utrecht is het blauwtongvirus vastgesteld. Dat meldt demissionair landbouwminister Piet Adema aan de Tweede Kamer. Het is voor het eerst sinds 2009 dat deze dierziekte, die voor mensen geen bedreiging vormt, in Nederland is aangetroffen. Adema houdt er rekening mee dat er in de komende tijd meer besmettingen aan het licht komen.
"Voor de betreffende houders is dit schrikken en voor de zieke dieren erg vervelend", schrijft Adema. Onderzoek moet uitwijzen wat de bron van de besmetting is, in afwachting van de uitkomsten worden de besmette bedrijven tijdelijk geblokkeerd. Dat betekent dat de schapen het terrein alleen nog mogen verlaten om naar de slacht te worden gebracht. Verder mogen er "geen dieren of levende producten afgevoerd worden". Levende producten van dieren zijn bijvoorbeeld sperma, eicellen en embryo's.
Blauwtong wordt niet verspreid via direct contact tussen besmette dieren, maar alleen via knutten, een soort mug. Daarom moeten de getroffen boerderijen maatregelen nemen om insecten buiten de deur te houden. Doordat knutten de ziekte verspreiden, is het volgens Adema "vrijwel onmogelijk om de ziekte te beperken op een locatie of in een regio".
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) kreeg afgelopen zondag en maandag meldingen van mogelijke blauwtongbesmettingen. "Dieren hadden koorts, waren lusteloos en hadden ontstekingen in de bek en soms aan de poten", aldus Adema. Het ging om schapenhouders in de gemeente Wijdemeren in Noord-Holland en de aangrenzende gemeente Stichtse Vecht in Utrecht. Op vier locaties bleek het inderdaad blauwtong te zijn, bij de vijfde boerderij was geen sprake van een besmetting.
De NVWA gaat ook schapen op boerderijen in de omgeving controleren. Zodra bekend is om wat voor variant van blauwtong het gaat, volgt er mogelijk een vaccinatiecampagne onder schapen.