Mensen die psychische problemen hebben en daarom geestelijke gezondheidszorg (ggz) nodig hebben, moeten nog altijd te lang wachten op behandeling. De wachttijden en het aantal wachtplekken "blijven onverminderd hoog", constateert de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
Afgelopen december waren er 97.450 wachtplekken. Dat betekent niet automatisch dat 97.450 mensen wachtten op behandeling, want iemand kan bij meerdere aanbieders op een wachtlijst staan en dus dubbel worden geteld. Een jaar eerder, eind 2022, waren er iets meer dan 87.000 wachtplekken. Dat betekent dat het aantal met bijna 12 procent is gestegen. Die toename is wel iets langzamer dan in de jaren ervoor. Mensen vragen vooral hulp voor depressies en trauma's.
Dat mensen te lang moeten wachten op zorg, speelt in "bijna alle regio's", aldus de NZa. Vier regio's blijven binnen de maximale wachttijden voor behandeling. Dit zijn Midden-Holland, Zuid-Hollandse Eilanden, Zaanstreek/Waterland en Midden-IJssel. De instroom is het grootst in Amsterdam en Utrecht.
De wachtlijsten komen volgens de NZa door personeelstekorten en doordat meer mensen ggz nodig hebben. De geregistreerde toename komt deels ook doordat aanbieders beter informatie doorgeven aan de zorgautoriteit. "Hierdoor krijgen we het toegankelijkheidsprobleem in de ggz steeds beter in beeld."