Mensen die vanaf maandag een vaccinatieafspraak maken bij de GGD hoeven tien dagen minder lang te wachten op hun tweede prik dan nu. Dat heeft demissionair zorgminister Hugo de Jonge gezegd tijdens het coronadebat in de Tweede Kamer. Nu wordt tussen de eerste en de tweede prik een pauze aangehouden van 35 dagen. Dat wordt 25 dagen.
Het OMT schreef in het spoedadvies van afgelopen vrijdag dat er vaccinatieslots open blijven staan. Dat betekent dat er sneller gevaccineerd kan worden dan nu gebeurt. Bij nieuwe afspraken is dat vanaf maandag mogelijk.
De Jonge zei ook dat nog gekeken wordt of mensen die al een afspraak hebben gemaakt, de afspraak voor hun tweede prik naar voren kunnen halen. Hij riep mensen wel op niet nu al te bellen. Dat gebeurt wel, en daardoor wordt het bij de GGD "een zooitje", aldus de minister.
Vanaf vrijdag kunnen ook 60- tot 64-jarigen die alleen hun eerste prik van AstraZeneca hebben gehad de GGD bellen voor een afspraak om de tweede prik met het vaccin van Pfizer te laten zetten, als zij dat willen. Vorige week maandag adviseerde de Gezondheidsraad dat zo'n heterogene vaccinatie (twee prikken van verschillende merken) ook veilig en effectief is. Aangezien het nu niet zo druk meer is bij de prikstraten verwacht de minister dat deze mensen dan snel aan de beurt zullen zijn.
Dat in sommige delen van het land veel mensen van begin zestig nog steeds niet door hun huisarts met een tweede prik van AstraZeneca zijn ingeënt, ligt niet aan de leveringen, zei de minister in antwoord op vragen van de ChristenUnie. De laatste leveringen zijn al medio mei bij de huisartsen binnengekomen dus ze hebben veel tijd gehad, vindt De Jonge. Soms kiezen huisartsen er volgens hem zelf voor om de afspraak voor de tweede prik niet te wijzigen. "Dat vind ik echt jammer. Maar ik kan het niet bespoedigen behalve dan opnieuw een appel doen op huisartsen om de tweede prik spoedig te zetten", aldus De Jonge. Volgens hem is dat al vaak gedaan.