Op de bouwplaats in Lochem waar woensdag een brug in aanbouw neerstortte, wordt nog zeker een week niet gewerkt. De Arbeidsinspectie zegt die tijd zeker nog nodig te hebben om onderzoek te doen naar de toedracht van het ongeval waarbij twee mensen omkwamen en twee mensen gewond raakten.
De vier slachtoffers waren niet direct bij BAM in dienst. Een van de overleden werknemers, een Belgische man, werkte voor het Belgische bouwbedrijf Aertssen. Dat bedrijf was ingehuurd voor montagewerkzaamheden, aldus een BAM-woordvoerder. De andere drie slachtoffers, onder wie een overleden man uit Polen, werkten niet voor dat bedrijf. Voor welke bedrijven zij wel werkten, is nog niet bekend.
De slachtoffers die gewond raakten, beiden uit België, zijn buiten levensgevaar. Een van hen is na een flinke val zwaargewond geraakt, de ander is lichtgewond en mag binnenkort het ziekenhuis verlaten, aldus een woordvoerster van de Arbeidsinspectie.
Een dag na het ongeluk worden bij BAM meerdere bijeenkomsten georganiseerd, zowel individueel als gezamenlijk. Ook is de directie naar de bouwlocatie in Lochem gekomen en wordt er psychische bijstand geboden. "Verslagenheid overheerst nog steeds", beschrijft de BAM-woordvoerder de sfeer bij het bedrijf op donderdag. "We bieden zoveel mogelijk ruimte en aandacht voor de ervaringen en emoties bij de medewerkers en andere betrokkenen."