PVV-leider Geert Wilders meent dat het kabinet zich schuldig heeft gemaakt aan een ambtsmisdrijf door zo lang te wachten met maatregelen om te voorkomen dat nog meer mensen onder de armoedegrens zakken. Hij wil dat de Hoge Raad zich over de kwestie buigt, zegt hij tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen in de Tweede Kamer.
Artikel 20 van de Grondwet stelt dat de bestaanszekerheid van de bevolking "voorwerp van zorg der overheid" is. Wilders vindt dat het kabinet die taak verwaarloosd heeft door lange tijd niets te doen aan onder meer de sterk oplopende energierekening en prijzen aan de pomp en in de winkel.
Daarom ziet de PVV reden om een aanklacht in te dienen op grond van artikel 355 van het wetboek van strafrecht. Daarin staat dat ministers zich schuldig maken aan een ambtsmisdrijf als zij beleid voeren waarvan zij weten dat het strijdig is met de Grondwet. "Zij kunnen er niet mee wegkomen", aldus de PVV-leider.
Voor een aanklacht zijn de handtekeningen nodig van minstens vijf leden van de Tweede Kamer. Maar om daadwerkelijk tot een aanklacht te komen is een parlementaire meerderheid nodig.
Het is niet de eerste keer dat de PVV naar dit onorthodoxe middel grijpt. Vorig jaar verwierp de Kamer een verzoek om het kabinet aan te klagen wegens het niet verstrekken van een feitenrelaas over het toeslagenschandaal. En in 2009 werd een verzoek afgewezen om toenmalig minister Eberhard van der Laan aan te klagen omdat die weigerde vragen over de kosten van immigratie te beantwoorden.
CDA-fractievoorzitter Pieter Heerma noemt het "beschamend" dat Wilders een "serieuze" wet voor de aanpak van ambtsmisdrijven "misbruikt voor een politiek opzetje. Dit is echt beneden alle peil." ChristenUnie-voorman Gert-Jan Segers verweet Wilders dat hij in de Kamer geen politiek debat wil voeren, maar het debat naar de rechtszaal wil verplaatsen. "Als u man bent, gaat u hier het debat aan. Maak er geen politiek proces van."