De wrakingskamer van de Hoge Raad heeft het verzoek tot wraking van alle raadsheren van de strafkamer van de Hoge Raad afgewezen. Het verzoek werd eind oktober gedaan door de Amsterdamse advocaat Willem Jebbink. Hij vindt dat de geheime beraadslagingen over zaken bij de raad niet zuiver verlopen.
De procureur-generaal bij de Hoge Raad adviseerde vorige maand het verzoek ongegrond te verklaren. Volgens hem opereert de raad keurig volgens de regels. De wrakingskamer volgt ,,op hoofdlijnen" zijn conclusie.
De Hoge Raad neemt in strafzaken beslissingen met drie of vijf rechters. Bij het overleg in de raadkamer dat aan die beslissingen voorafgaat, kunnen zij zich laten adviseren door collega-rechters, zogeheten reservisten. Volgens Jebbink ondergraaft die praktijk de onafhankelijkheid en de onpartijdigheid van de raad. De reservisten behandelen de zaak op die manier mee. De werkwijze is in strijd met de Grondwet en internationale verdragen, aldus de raadsman. Jebbink deed het verzoek in een strafzaak tegen een vrouw die verdacht wordt van het verstoren van een gemeenteraadsvergadering in Zeist in 2015.
De Hoge Raad ziet de rol van reservisten als ,,bemoeienis met de zaak". Wraking van reservisten is daardoor mogelijk als de rechterlijke onpartijdigheid in het geding is. De indiener van een wrakingsverzoek moet met sterke aanwijzingen komen voor vooringenomenheid van de rechter, of hard kunnen maken dat de vrees hiervoor ,,objectief gerechtvaardigd" is. Daarin is Jebbink niet geslaagd, oordeelt de raad.