Een groeiend aantal Nederlandse ziekenhuizen slaagt er niet meer in om alle zorg te leveren die binnen zes weken noodzakelijk is om gezondheidsschade bij patiënten te voorkomen. Inmiddels lukt het veertien ziekenhuizen niet meer om deze zogenoemde "kritieke planbare zorg" altijd op tijd te verlenen, blijkt uit een overzicht van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Afgelopen donderdag ging het nog om twaalf ziekenhuizen.
Het snel stijgende aantal coronapatiënten in de ziekenhuizen legt steeds meer druk op intensive cares en verpleegafdelingen. De situatie geldt inmiddels als "ernstig". Dat is het middelste van vijf verschillende niveaus waarmee de NZa de druk op de zorg beschrijft. Als de situatie verder achteruitgaat, zouden na ernstig nog "kritiek" en "onbeheersbaar" kunnen volgen.
Als het een ziekenhuis niet lukt om een patiënt binnen zes weken de zorg te geven die nodig is, wordt binnen de regio bekeken in welk ziekenhuis dat nog wel mogelijk is.
Planbare zorg, waaronder alle zorg valt die een tijdje kan wachten zonder dat de patiënt daar blijvende schade van ondervindt, komt ook verder in het gedrang. Het lukt nu 49 van de 73 ziekenhuizen niet meer om die volledig te leveren.
Dat minder reguliere zorg wordt geleverd, is ook te zien aan het aantal operatiekamers dat in gebruik is: dat ligt volgens het overzicht 29 procent lager dan normaal. Eind vorige week stond de teller nog op een afname van 24 procent.
Nu planbare behandelingen weer steeds vaker worden uitgesteld, zal het 'stuwmeer' aan in te halen operaties ook weer toenemen. Van het inlopen van de grote achterstanden die tijdens de eerdere coronapieken ontstonden komt het vrijwel nergens meer.
"De afschaling van reguliere ziekenhuiszorg is een logisch gevolg van de oplopende coronadruk in de ziekenhuizen", legt de NZa uit. "Ziekenhuizen moeten afschalen om de acute zorg, voor zowel
corona- als niet-coronapatiënten, toegankelijk te houden."