
De gaskraan gaat steeds verder dicht, energierekeningen schommelen en tegelijk willen veel huishoudens hun CO₂-voetafdruk verkleinen. Dat maakt de keuze voor een nieuw verwarmingssysteem spannender dan een paar jaar geleden. Waar je vroeger simpelweg een cv-ketel verving door een nieuwe, kijk je nu naar isolatie, slim sturen van warmte en de vraag of je huis klaar is voor volledig elektrisch verwarmen.
Elektrische systemen zijn daarbij populair omdat ze relatief eenvoudig te plaatsen zijn en goed te combineren zijn met eigen opgewekte stroom via zonnepanelen. De grote vraag is vooral: welk type elektrische verwarming past bij jouw woning en dagelijkse routine? Een warmtepomp, elektrische radiatoren of een vlakke warmtebron zoals een infrarood paneel werken namelijk heel anders, en voelen ook anders aan.
Wie infraroodverwarming voor het eerst ervaart, herkent vaak een gevoel dat lijkt op de warmte van de zon op je huid in het voorjaar. In plaats van alleen de lucht op te warmen, verwarmt infraroodstraling vooral oppervlakken en objecten in de ruimte. Denk aan muren, meubels en natuurlijk de mensen die er zitten. Die geven de warmte vervolgens rustig af aan de omgeving.
Dat heeft een paar praktische gevolgen. De gevoelstemperatuur kan comfortabel zijn terwijl de luchttemperatuur iets lager ligt, waardoor je minder hoeft te stoken. Er is minder luchtcirculatie, wat prettig kan zijn voor mensen met stof- of huisstofmijtallergie. En in ruimtes die je niet continu gebruikt, zoals een werkkamer of logeerkamer, is het aantrekkelijk om alleen warmte te leveren op de plekken en momenten dat je er echt zit.
In de woonkamer spelen comfort en uitstraling een grote rol. Veel mensen kiezen daar voor een mix van basisverwarming en infraroodpanelen bij zithoeken of de eettafel. In de badkamer ligt de focus weer anders: je wilt snel warmte, geen koude tegels en bij voorkeur zo min mogelijk zichtbare apparaten. Plafondpanelen of panelen die ogen als een spiegel zijn dan een logische optie, omdat ze nauwelijks ruimte innemen.
In werkkamers of hobbyruimtes draait het vooral om gericht verwarmen. Een paneel boven het bureau of vlak naast je favoriete stoel zorgt ervoor dat jij het warm hebt, terwijl de rest van het huis niet onnodig wordt opgewarmd. Dit gerichte karakter maakt infraroodverwarming ook interessant voor kantoren en bedrijfsruimtes, een onderwerp waar partijen als greeniuz veel kennis over delen.
Wie elektrische panelen overweegt, merkt al snel dat er keuzes zijn in formaat, vermogen en plaatsing. Het vermogen moet passen bij de grootte en isolatie van de ruimte. Een goed geïsoleerde slaapkamer heeft minder vermogen nodig dan een tochtige jaren 30-woonkamer met hoge plafonds. Het loont om het warmteverlies van de ruimte te laten berekenen of in elk geval globaal uit te laten rekeken, zodat je niet te klein of juist te groot kiest.
De plaatsing is minstens zo belangrijk. Omdat infraroodstraling vooral daar werkt waar de stralen terechtkomen, wil je dat het paneel vrij kan uitstralen en niet wordt geblokkeerd door een grote kast of gordijnen. Aan het plafond is vaak efficiënt, omdat de straling dan breed de ruimte in kan. Aan de wand werkt goed als het paneel gericht is op de plek waar je het vaakst zit of staat, bijvoorbeeld bij de bank of de eettafel.
Niet elk huis is direct klaar om volledig op infrarood te draaien. In oudere woningen met beperkte isolatie kiezen bewoners vaak voor een hybride aanpak. De cv-ketel of een warmtepomp zorgt dan voor basisverwarming, terwijl infraroodpanelen op specifieke plekken voor extra comfort zorgen. Denk aan een paneel in de badkamer of boven de werkplek zodat de thermostaat in de rest van het huis een paar graden lager kan blijven.
Wie wél richting volledig elektrisch wil, kijkt daarnaast naar isolatie en ventilatie. Goede dak- en gevelisolatie, kierdichting en bij voorkeur ook HR++ of triple glas zorgen ervoor dat de warmte in de woning blijft. Dat maakt een infraroodsysteem efficiënter en verbetert het comfort het hele jaar door. Zo ontstaat stap voor stap een toekomstbestendig verwarmingsconcept, waarin duurzame stroom een steeds grotere rol kan spelen.
Een veelgestelde vraag is wat infraroodverwarming doet met de energierekening. Het antwoord hangt sterk af van je woning, gebruikspatroon en energietarief. In een goed geïsoleerd huis met zonnepanelen kan de combinatie van lagere gasvraag en slim ingestelde elektrische verwarming aantrekkelijk zijn. Zeker als je gericht verwarmt op de momenten dat je thuis bent en niet overal tegelijk.
Het vraagt wel om een andere manier van denken dan bij centrale verwarming waarbij je de thermostaat op één stand laat staan. Met panelen is het logischer om zones te creëren en met klokprogramma’s of slimme thermostaten te werken. Zet bijvoorbeeld het paneel in de werkkamer een kwartier aan voordat je begint met werken, en zorg dat de badkamer kort voor je vaste douchemoment al opwarmt. Dit soort kleine aanpassingen in routines levert vaak meer op dan men vooraf inschat.
Wie nu een nieuw verwarmingssysteem kiest, doet dat meestal voor de komende tien tot vijftien jaar. Het loont daarom om verder te kijken dan alleen de aanschafprijs. Hoe flexibel is het systeem als je later zonnepanelen plaatst, de woning gaat na-isoleren of juist een uitbouw plant? Kan de installatie eenvoudig worden uitgebreid met extra panelen of een andere regeltechniek?
Door die vragen vooraf mee te nemen, ontstaat een plan dat niet alleen past bij je huidige situatie, maar met je mee kan groeien. Dat zorgt voor rust, comfort en een energieverbruik dat voorspelbaarder is. En misschien nog wel belangrijker: je huis voelt echt als een plek waar comfort en duurzaamheid elkaar niet bijten, maar elkaar juist versterken.