Wall Street begint kortere handelsweek hoger

Foto: ANP

De aandelenbeurzen in New York zijn dinsdag met bescheiden winsten de dag uitgegaan. Beleggers waren blij verrast door cijfers van Walmart, die een positief signaal gaven over de winkelverkopen tijdens de afgelopen feestdagen. Ook werd er uitgekeken naar een nieuwe ronde van handelsgesprekken tussen de Verenigde Staten en China. Die worden deze week in Ẁashington gehouden.

De Dow-Jonesindex sloot een fractie procent in de plus op 25.891,32 punten. De brede S&P 500 steeg 0,2 procent tot 2779,76 punten. Schermenbeurs Nasdaq dikte eveneens 0,2 procent aan tot 7486,77 punten. Dinsdag is de eerste Amerikaanse handelsdag van de week. Wall Street bleef maandag gesloten vanwege de viering van President’s Day.

In de VS is het op politiek vlak onrustig omdat president Donald Trump de noodtoestand heeft uitgeroepen om zo geld te regelen voor de bouw van een muur aan de grens met Mexico. Een groot aantal Amerikaanse staten is een juridische procedure gestart om dat besluit aan te vechten.

Supermarktconcern Walmart heeft de omzet in het vierde kwartaal van zijn boekjaar, met daarin de belangrijke feestdagenperiode, stevig zien groeien. Daarmee lijken zorgen bij beleggers over de verkopen weer wat weggenomen. Het aandeel ging 2,2 procent omhoog en nam branchegenoten als Target (plus 0,6 procent) en Costco (plus 0,8 procent) op sleeptouw.

Ook autobedrijven wisten de aandacht op zich gericht. Vertegenwoordigers van de Amerikaanse auto-industrie hebben een klemmend verzoek gedaan aan Trump om de sector niet onnodig op te zadelen met hogere tarieven voor de invoer van auto’s en onderdelen. Ford maakte daarnaast bekend in Zuid-Amerika uit de vrachtwagenmarkt te stappen en een fabriek in Brazilië te sluiten. De autobouwer werd 3,4 procent hoger gezet. Branchegenoten GM en Fiat Chrysler gingen tot 1,1 procent omhoog.

Delta Air Lines (plus 1,5 procent) zou samen met het Britse easyJet een kapitaalinjectie van 400 miljoen euro overwegen in het noodlijdende Alitalia.

De euro was 1,1342 dollar waard, tegen 1,1333 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,8 procent meer op 56,05 dollar. Brent verloor 0,1 procent in prijs tot 66,47 dollar per vat.