UWV moet oude uitkeringsboetes herzien

Foto: ANP

Uitkeringsinstantie UWV moet sommige aan uitkeringsgerechtigden opgelegde boetes herzien. Dat blijkt uit een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB). Die oordeelde dat boetes die werden uitgedeeld, gebaseerd waren op regelgeving waar haken en ogen aan zaten. Het gaat om besluiten in de periode van 1 januari 2013 tot 12 oktober 2014.

In 2013 werden nieuwe regels voor boetes van kracht, waardoor het UWV hogere boetes kon opleggen aan uitkeringsgerechtigden die zich niet aan de inlichtingenplicht hielden. Die boetes konden hoger worden dan de maximale boete die de rechter kon opleggen. In 2014 bepaalde de CRvB al dat dit boeteregime in strijd was met internationaal recht. In 2017 werden de regels aangepast.

De nieuwe uitspraak van de CRvB werd gedaan in een aantal zaken van mensen die boetes hadden gekregen. Het UWV weigerde die te herzien omdat ze volgens de toen geldende regels waren opgelegd. De CRvB bepaalde dat nog niet of nog niet volledig betaalde boetes moeten worden herzien. Ook betaalde boetes moeten nogmaals worden beoordeeld als ze hoger waren dan de maximale boete die de strafrechter destijds mocht opleggen.

Er is geen beroep mogelijk tegen de uitspraak.