Koersval voor Philips op Damrak

Foto: ANP

Philips was donderdag de grote verliezer op de beurs in Amsterdam. Het zorgtechnologieconcern waarschuwde voor de impact van de handelsoorlog op de marges van het bedrijf, waarna het aandeel een ware koersval doormaakte. Over de gehele linie eindigden de beurzen wel in de plus. Beleggers reageerden hoopvol op nieuws dat president Donald Trump vrijdag een ontmoeting heeft met de Chinese vicepremier Liu He.

De AEX-index op Beursplein 5 sloot 0,5 procent hoger op 568,37 punten. De MidKap won 0,9 procent tot 828,59 punten. De beurzen in Londen, Frankfurt en Parijs kregen er tot 1,3 procent bij.

Philips was veruit de grootste daler bij de hoofdfondsen met een verlies van bijna 9 procent. Het bedrijf voelt de aanhoudende handelsoorlog tussen China en de Verenigde Staten. Hogere tarieven tussen de economische grootmachten zorgen voor een daling van de winstmarges bij Connected Care. Daarbovenop doet Philips een afschrijving van 78 miljoen euro.

Sterkste stijger in de AEX was staalfabrikant ArcelorMittal met een winst van meer dan 6 procent. Ook financiële fondsen als Aegon en ING waren in trek, met plussen tot dik 4 procent.

De handel in het aandeel Esperite werd voor de tweede keer in korte tijd stilgelegd. Het stamcelbedrijf werd door de rechtbank Gelderland failliet verklaard. Daarnaast liet CM.com weten zijn beursgang in Amsterdam uit te stellen. Het technologiebedrijf, dat vrijdag zijn beursdebuut zou maken, heeft besloten de biedingsperiode te verlengen.

In Parijs dikte LVMH (Louis Vuitton Moët Hennessy) bijna 6 procent aan. De Franse producent van luxegoederen boekte afgelopen kwartaal meer omzet. Daarbij leken de aanhoudende protesten in Hongkong, een belangrijke markt voor LVMH, het bedrijf weinig te deren. Concurrent Kering steeg ruim 4 procent.

De financiële markten kregen ook weer nieuws over de brexit. De Britse en de Ierse premier, Boris Johnson en Leo Varadkar, hebben in een landhuis ten zuiden van Liverpool over de brexitimpasse gepraat en hebben nog hoop op een akkoord. De euro was uiteindelijk 1,1015 dollar waard, tegen 1,0979 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie werd 1,2 procent duurder op 53,22 dollar. De prijs van Brentolie steeg 0,7 procent tot 58,71 dollar per vat.