Veel meer werknemers gingen met pensioen in 2020

Foto: ANP

Er zijn vorig jaar veel meer Nederlanders met pensioen gegaan dan de jaren ervoor, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dat komt onder meer doordat de AOW-leeftijd in het coronajaar niet werd verhoogd en omdat mensen worden gestimuleerd om langer door te werken. In 2020 ging 6,8 procent van de werknemers van 55 jaar of ouder met pensioen. Het jaar ervoor was dat nog 5,5 procent. In totaal stopten vorig jaar ruim 94.000 mensen met werken, een derde meer ten opzichte van de voorgaande twee jaar.

De stijging komt mede door het niet verhogen van de AOW-leeftijd, waardoor meer mensen in aanmerking kwamen voor een AOW-uitkering. Vanaf 2007 daalde door nieuwe wetten en regels voor langer doorwerken het aandeel mensen van 55 jaar en ouder dat met pensioen ging. Tussen 2002 en 2006 ging nog ongeveer 11 procent van de werknemers in deze categorie jaarlijks met pensioen.

In vrijwel alle bedrijfstakken gingen meer mensen met pensioen vorig jaar, behalve in de financiële dienstverlening. Daar zijn de laatste jaren steeds meer mensen nodig. In de zorg, de overheid, het onderwijs en de industrie gingen de meeste mensen met pensioen. In deze sectoren werken ook de meeste mensen van 55 jaar en ouder.

Ook de leeftijd waarop mensen met pensioen gaan stijgt. Het afgelopen jaar was de gemiddelde pensioenleeftijd 65 jaar en 6 maanden, een half jaar hoger dan in 2019. Vanaf het begin van deze eeuw tot en met 2006 lag de pensioenleeftijd rond de 61 jaar. Sinds 2013 is de AOW-leeftijd geleidelijk verhoogd. In 2020 daarentegen bleef deze hetzelfde als het jaar ervoor, op 66 jaar en 4 maanden. Daardoor gingen vorig jaar meer mensen van 66 jaar met pensioen dan het jaar ervoor: tegen 31.000 in 2019 naar 47.500 mensen in 2020.