Brussel stelt groeiverwachting Nederland weer naar boven bij

Foto: ANP

De Nederlandse economie groeit dit jaar nog harder dan de Europese Commissie de afgelopen maanden voorspelde. De commissie rekent op een groei van 4 procent dit jaar, vooral dankzij de sterke opleving dit voorjaar toen de economie van het slot ging. In juli ging ze nog uit van 3,3 procent en in februari zelfs maar 1,8 procent. Het cijfer is minder dan het verwachte gemiddelde van 5 procent in de eurozone en hele EU, maar Nederland is ook minder hard door de coronacrisis getroffen dan veel andere landen.

Maar, waarschuwt de commissie in haar jaarlijkse herfstprognose, verdere Covid-19-uitbraken en maatregelen daartegen blijven onzekere factoren voor de economische vooruitzichten. Vicevoorzitter Valdis Dombrovskis: “De Europese economie veert sterk terug van de recessie, maar dit is niet het moment voor zelfgenoegzaamheid. We blijven geconfronteerd met onzekerheid door dit virus en er zijn risico’s. Niet in het minst de knelpunten in de leveringsketens en de gestegen energieprijzen die gevolgen hebben voor huishoudens en bedrijven in heel Europa. We moeten ook scherp de inflatie in de gaten houden en zo nodig ons beleid aanpassen.” In veel landen, zoals Nederland, is de krapte op de arbeidsmarkt een belemmering van de activiteit.

De commissie voorspelt een inflatie dit jaar voor de eurolanden van gemiddeld 2,4 procent, teruglopend naar 2,2 procent in 2022. Voor Nederland verwacht de commissie een stijging van 1,1 procent vorig jaar naar 2,1 dit jaar en 2,2 procent volgend jaar.

Nederland doet het beter dan menig EU-land als het om begrotingstekort en staatsschuld gaat. Vooral de schulden zijn overal opgelopen doordat de nationale regeringen, met toestemming van de commissie, met miljarden hun bedrijven steunden om faillissementen en ontslagen te voorkomen. De schuld bedraagt inmiddels tot gemiddeld 99 procent van het bruto nationaal product (bnp) in de negentien eurolanden, terwijl dat volgens de normale begrotingsregels eigenlijk niet meer dan 60 procent zou mogen zijn. Die regels zijn wel opgeschort tot 2023. Nederland zit hier nog steeds onder met 57,5 procent dit jaar.