Europese beurzen met verliezen het weekend in na banenrapport VS

Foto: ANP

De Europese beurzen zijn vrijdag met verliezen het weekend in gegaan. Het sentiment op de aandelenmarkten kreeg in de laatste uren van de sessie van vrijdag een knauw door nieuwe cijfers over de Amerikaanse arbeidsmarkt. Verder ging in Amsterdam onder meer Prosus omlaag door koersdruk in de Chinese techsector, waarin de techinvesteerder grote belangen heeft.

Uit een rapport van de Amerikaanse overheid bleek dat de werkgelegenheid in de Verenigde Staten in november beduidend minder sterk is aangetrokken dan een maand eerder. Dat kan erop wijzen dat de grootste economie van de wereld er toch niets slechter voor staat dan veel kenners dachten. Maar ondanks de tegenvallende banengroei kunnen de cijfers de Federal Reserve wel steunen als de Amerikaanse centrale bank besluit de coronasteun nog sneller af te bouwen, iets waar beleggers juist niet op zitten te wachten. De werkloosheid nam namelijk wel af. Ook steeg het percentage van de Amerikaanse bevolking dat aan de arbeidsmarkt deelneemt.

De AEX-index op Beursplein 5 sloot 0,8 procent in de min op 772,22 punten. De MidKap daalde 1,9 procent tot 1008,12 punten. De beurzen in Londen, Frankfurt en Parijs verloren tot 0,6 procent. Door de wereldwijde onrust over de Omikron-variant van het coronavirus is de stemming op de aandelenmarkten nu al een week erg nerveus.

Prosus verloor bijna 3 procent. Beleggers verwerkten de aankondiging van de Chinese taxidienst Didi om zijn beursnotering in New York op te geven. De Amerikaanse autoriteiten willen meer informatie van de op Wall Street genoteerde Chinese bedrijven. Beijing wil echter niet dat gevoelige data over Chinese consumenten in handen komt van de Amerikanen en had Didi eerder al verzocht de notering op te geven. Tencent Music, de muziekstreamingdienst van techconcern Tencent waarin Prosus een groot belang heeft, is ook genoteerd in New York.

Zorgtechnologieconcern Philips en maaltijdbezorger Just Eat Takeaway eindigden onderaan de AEX, met minnen tot meer dan 4 procent. Verffabrikant AkzoNobel was de sterkste stijger met een winst van 2,5 procent. Olie- en gasconcern Shell bleef profiteren van de herstellende olieprijzen en won 0,6 procent.

Een vat Amerikaanse olie steeg 1,7 procent in prijs tot 67,67 dollar. Brentolie kostte 2,3 procent meer, op 71,23 dollar per vat. De euro was 1,1309 dollar waard, tegen 1,1318 dollar een dag eerder.